Eeuwenlang was de Waal te breed voor vaste bruggen. Maar als er een militaire noodzaak was, dan was de oplossing: schipbruggen over de Waal
Deze tekst maakt onderdeel uit van de special Verbeelding van de Waal, De Waal als barrière, thema Oversteek.
De schipbrug bestaat uit een serie naast elkaar liggende schuiten en schepen die de rivier overspannen. Daaroverheen worden plankieren gelegd, zodat voetgangers en rijtuigen gemakkelijk aan de overkant kunnen komen. De schipbrug is gemakkelijk te maken, stijgt en daalt mee met de rivierwaterstanden, en blokkeert de waterafvoer niet. Wel belemmert de schipbrug de scheepvaart. De schipbrug kan dan gemakkelijk worden geopend. De Schipbrug is vanaf de zestiende tot in de achttiende eeuw toegepast bij oorlogshandelingen langs de Waal.
In de Tachtigjarige oorlog was het verplaatsen van troepen en materieel, net als bij de Romeinen, een belangrijke drijfveer om schipbruggen te bouwen. Nederlandse gewesten en steden waren in opstand gekomen tegen de Spaanse overheersers. In 1591 vielen Staatse (Nederlandse) troepen Nijmegen, dat in Spaanse handen was, vanuit het noorden aan. Aanvoerder Maurits van Nassau (1567-1625) liet een schipbrug bouwen om snel de Waal over te kunnen steken. De omsingelde stad werd al binnen een week tot overgave gedwongen.
In 1599 ondernamen de Spanjaarden een grootscheepse aanval op Zaltbommel en sloegen het beleg voor de stad. Dit beleg mislukte echter doordat Maurits van Nassau ook hier een schipbrug liet slaan. Zo kon de stad vanuit de Tielerwaard worden bevoorraad.
Tweehonderd jaar later was opnieuw sprake van een militaire reden om een schipbrug over de Waal te maken. In het najaar van 1794 trokken Franse troepen het zuiden van Nederland binnen met het doel om heel Nederland te bezetten. Toen ze bij de Waal arriveerden, dreigden ze Nijmegen te belegeren. Soldaten die trouw waren aan de Nederlandse stadhouder Willem V wilden Nijmegen in handen houden. Ze werden bijgestaan door troepen uit Hannover en Engeland. Zij bouwden een schipbrug, waardoor Nijmegen in verbinding bleef met de rest van Nederland.
De plankieren over de beurtschepen waren zo breed en solide dat twee rijtuigen gemakkelijk konden passeren en stukken zwaar geschut probleemloos gelijktijdig over de brug konden passeren. De troepen van de stadhouder hebben Nijmegen desondanks niet kunnen behouden. Ze trokken zich terug ten noorden van de Waal en staken op 7 november 1794 de brug in brand om de Fransen te beletten de brug te gebruiken. Het Franse leger kon echter een paar maanden later probleemloos de Waal oversteken doordat de rivier in januari 1795 was dichtgevroren. Zonder veel tegenstand namen de Fransen heel Nederland in.
De Schipbrug bij Nijmegen werd nog enkele malen hersteld, eerst door de Fransen, en toen die ons land hadden verlaten, door de Nederlanders onder koning Willem I. In 1815 dreigde Napoleon na zijn verbanning naar Elba opnieuw aan de macht te komen. Het Nederlandse leger streed mee tegen de keizer en Willem I wilde snel troepen zuidwaarts verplaatsen. Op 18 juni 1815 leed Napoleons leger een definitieve nederlaag bij Waterloo.
Vervolg: Vaste bruggen
Overland, in opdracht van De Bastei, Nijmegen, CC-BY-SA
Verbeelding van de Waal
Landschap
1500-1600
Zaltbommel
Rivierengebied