Al circa 800 jaar heeft de Waal een sluitende bedijking. Toch vinden bijna jaarlijks nog overstromingen plaats. Gelukkig gebeurt dat precies op de plek die we daar zelf voor hebben gekozen: de uiterwaarden. De middeleeuwers bouwden de dijken op enkele honderden meters van de rivier. De rivier moest bij hoge waterafvoer immers ruimte hebben om te overstromen. Het gebied tussen de rivier en de dijk, dat vrij kan overstromen, zijn we de ‘uiterwaarden’ gaan noemen.
Deze tekst maakt onderdeel uit van de special Verbeelding van de Waal, De Waal als natuurlijke en beteugelde rivier, thema Ontstaan rivier, bodem en landschap.
De invloed van de rivier strekt zich nu uit over een kleiner gebied, maar toch kan je in de uiterwaarden zien wat rivieren al miljoenen jaren doen: water, zand en klei vervoeren. Als het stroomopwaarts, in Duitsland of Zwitserland veel regent of als de sneeuw smelt, zie je de rivier aanzwellen. Soms kunnen de uiterwaarden geheel onder water verdwijnen. Kom je terug als het water weer is gezakt, dan kan je soms zien dat er zand, grind of klei is afgezet.
In de uiterwaarden kon de rivier zich na de bedijking nog eeuwenlang vrij blijven bewegen. Rivierbochten konden zich nog uitbreiden en rivieren konden zich verleggen. In veel uiterwaarden zijn resten te zien van vroegere Waallopen. Soms zijn dat grote wateren, soms zijn het dichtgeslibde laagten waarbij een slootje het laatste restant vormt. Oude rivierlopen in de uiterwaarden noemen we strangen. Vooral bij het splitsingspunt tussen Rijn en Waal hebben deze rivieren ook in de laatste eeuwen enorme verschuivingen ondergaan. Zo ligt Schenkenschans, ooit een Nederlandse versterking op het splitsingspunt van Rijn en Waal, nu midden in de uiterwaarden op ruim een kilometer van de Rijn af. Zeven kilometer stroomafwaarts ligt het nieuwe splitsingspunt.
Rivierduinen ontstonden al in de laatste ijstijd, maar sinds enkele tientallen jaren kun je ze ook weer langs de Waal zien ontstaan. Bij hoogwater wordt op de Waaloever zand afgezet. Als het waterpeil weer daalt kan dit zand verwaaien en ontstaan rivierduintjes. Tot omstreeks 1990 waren de uiterwaarden nog vooral in gebruik bij boeren en had Rijkwaterstaat de gewoonte deze duintjes vlak te schuiven. Tegenwoordig zijn veel uiterwaarden natuurgebied. De duinen mogen dan door blijven groeien. De hoogste actieve rivierduin van Nederland ligt in de uiterwaarden van het natuurgebied de Millingerwaard. De verschillen tussen extreem hoog- en laagwater zijn hier erg groot, waardoor het afgezette zand snel droog wordt en kan gaan verwaaien.
Bron: www.geologievannederland.nl
Vervolg: Creatief met hoogwater
Overland, in opdracht van De Bastei, Nijmegen, CC-BY-NC
Verbeelding van de Waal
Landschap
1000-1500
Berg en Dal
Rijk van Nijmegen