Het is toch zilver wat daar blinkt

Hoe een middeleeuwse munt uit Oezbekistan in Voorst werd gevonden

In 2021 zag een rapport van 656 pagina’s, waar al twee jaar naar werd uitgekeken, het licht: de resultaten van de opgravingen in het tracé van de rondweg van Voorst. Die weg zelf ligt er al een tijdje en voor wandelaars en fietsers is een deel van de resultaten middels twee informatiepanelen langs de route gedeeld. Nu is dan het hele verhaal bekend, dat loopt van aardewerk uit het Neolithicum tot en met boerenerven uit de Late Middeleeuwen en Nieuwe Tijd.

Topvondst

De absolute topvondst uit deze opgraving komt ontegenzeggelijk uit de Middeleeuwen: een muntsieraad, gemaakt van een grote zilveren munt en een daaraan vast gesmolten dubbele ring van zilverparels – een zogenaamde ‘geparelde rand’. De archeologen ontdekten dat de munt in kwestie een Arabische dirham was, geslagen onder het bewind van Isma’il ibn Ahmad (892-907 na Chr.), de emir van Transoxiana en Khorasan. De munt werd in 899/900 geslagen, in de stad al-Shash. Tegenwoordig is dat Tasjkent, de hoofdstad van Oezbekistan. Het bijzondere sieraad werd in de paalkuil van een middeleeuwse boerderij gevonden. Dat het om een doelbewuste deponering gaat, staat gezien de kostbaarheid van het sieraad wel vast. De vraag is dan natuurlijk... waarom? Het meest waarschijnlijke is dat het een bouw- of een verlatingsoffer is, dus om de bouw van de boerderij te vieren, of juist het verlaten ervan te herdenken. Welke van de twee het is kan helaas niet worden vastgesteld, omdat andere aanwijzingen ontbreken.

Vergelijkbare vondsten

Vergelijkbare sieraden zijn in Nederland van ten minste drie locaties bekend. In de zogenaamde Vikingschat van Westerklief I (Noord-Holland) bevinden zich drie exemplaren. Deze zijn eveneens gemaakt van dirhams, geslagen in de periode 590-628 en 750-754 na Chr., omgeven door een viervoudige geparelde rand. Ook in een terp in het Friese Wijnaldum werd een zilveren dirham gevonden; ditmaal in Afghanistan geslagen en eveneens door een viervoudige geparelde rand verfraaid. Tenslotte zijn uit het Drentse Zuidbarge ook vier dirhams bekend, waarvan twee door zo’n zelfde viervoudig geparelde rand waren omgeven en zelfs een bevestiging hadden om ze als mantelspeld te kunnen dragen.

Grote afstand

Bij nadere bestudering van het sieraad uit Voorst blijkt op twee plekken een grijze ‘aanslag’ aanwezig. Deze plekken bevinden zich aan weerzijden van het sieraad, ongeveer op lijn met de tekst op de munt. Op deze plekken zijn de gaatjes tussen het filigrain opgevuld, wat doet vermoeden dat het hier om resten van soldeer gaat. Waarschijnlijk hebben hier een naald en naaldhouder bevestigd gezeten, zodat ook dit sieraad als mantelspeld gedragen kon worden.

Hoe dan ook kunnen we stellen dat er contacten over een grote afstand werden gelegd – Tasjkent ligt meer dan 5700 kilometer van Gelderland – maar of dat om een regelmatige (handels)relatie ging of dat het muntsieraad op een andere manier terecht is gekomen in de kuil waarin deze werd gevonden, zal vooralsnog een mysterie blijven.

Dit verhaal is onderdeel van de Gelderse Archeologische Kroniek 2021.


Rechten

Harry Pape-Luijten, 2022, CC-BY-NC

Relevante links

Verwante verhalen

Lees meer

Contactgegevens

Erfgoed Gelderland
Team mijnGelderland
Westervoortsedijk 67-D
6827 AT Arnhem

info@mijngelderland.nl

Inschrijven nieuwsbrief

mijnGelderland Sociale media

erfgoed gelderland

Contactgegevens

Erfgoed Gelderland
Team mijnGelderland
Westervoortsedijk 67-D
6827 AT Arnhem

E info@mijngelderland.nl