Ab de Haas vertelt ons over oorlogservaringen van zijn ouders: 'mijn vader was hoofdmonteur bij de toenmalige PGEM in Ede. Mijn ouders bewoonden een dienstwoning aan de Knuttelweg, in een pand dat inmiddels is afgebroken. De woning bevond zich aan de rand van het dorp als onderdeel van een onderstation van de PGEM, een belangrijk onderdeel van de stroomvoorziening van Ede en omstreken. Hier ben ik ook geboren en ik heb daar tot mijn achtste gewoond. Door de grootte van de woning en de ligging aan de uiterste rand van het dorp, was het een ideale opvangplek in de oorlog.'
'Mijn vader (Adrianus Bernardus de Haas, 1902) ontmoette mijn moeder (Roelofje Flederus, 1917) tijdens de eerste jaren van de oorlog. Mijn vader was weduwnaar en medeverantwoordelijk voor de stroomvoorziening in Ede en omgeving. Mijn moeder was werkzaam als verpleegster in de psychiatrie in Wolfheze. Ze trouwden op 8 maart 1944 in de Eusebiuskerk in Arnhem, kort voor operatie Market Garden. De bommen gierden al rond de kerk tijdens hun huwelijk...'
Mijn ouders bewoonden een zeer ruime dienstwoning van de Provinciale Gelderse Energie Maatschappij (PGEM) aan de rand van het bos in Ede. In eerste instantie vingen ze gedurende zes maanden een Joodse familie op. Deze familie moest acuut elders worden ondergebracht toen de Duitsers aankondigden dat tijdelijk een peloton Duitse soldaten werd ingekwartierd. Nadat de Duitse soldaten waren vertrokken en operatie Market Garden was losgebarsten, deden familieleden uit het nabij geleden Arnhem een beroep op mijn ouders. Een groot deel van de Arnhemse bevolking moest vluchten in verband met de gevechtshandelingen.
Intussen werd een collega van mijn vader, Jo Caspers, door de Duitsers gearresteerd in verband met verdenking van illegale activiteiten. Mijn vader bedacht zich geen moment, en klopte aan bij de Duitse orts-commandant. Hij stelde de Duitse machthebbers voor de keuze: óf ze lieten zijn collega per direct vrij waardoor ze beiden konden zorgen voor de stroomvoorziening óf de lichten gingen uit! In zijn eentje voor de stroomvoorziening zorgen was immers onmogelijk. De Duitsers namen geen risico en stelden hem inderdaad onmiddellijk in vrijheid!
Uiteindelijk werd ook Ede bevrijd door de geallieerden. Dat betekende opnieuw zorgen voor opvang van de Canadese bevrijders! Nadat ook de Canadezen waren vertrokken wilde mijn vader direct met vakantie! Samen met mijn moeder konden ze met een goederenwagon mee naar Limburg, waar ze een weekje heerlijk genoten van het mooie Limburgse land. Negen maanden later werd ik geboren..'
Dit verhaal is ingestuurd door Ab de Haas, in het kader van het project ‘WO2-verhaal gezocht’. Lees de andere ingestuurde oorlogsverhalen in de special 'Getuigen van de Oorlog'.
Ab de Haas, CC-BY-NC
Getuigen van de oorlog
Tweede Wereldoorlog
1900-1950
Ede
Veluwe