Johan Hartgers (1918) werd als tweede kind van Cornelis Hartgers en Maartje Klapwijk geboren op het adres Ede Ea. 80 (Grootestraat). Daar runden zijn ouders een meubelfabriek, annex meubelwinkel ‘De Nijverheid’. Johan had twee zussen en een stiefbroer. Vanaf 1937 werkte Johan als ‘hulptelegrambesteller’ bij de PTT-Post. In datzelfde jaar werd hij als dienstplichtig soldaat opgeroepen, en na een periode waarin hij Groot Verlof kreeg, was hij vanaf 1939 wederom dienstplichtig. Bevorderd tot dienstplichtig korporaal maakte hij de gebeurtenissen rond de Grebbelinie in mei 1940 mee.
Over zijn tijd bij de Grebbelinie sprak hij volgens zijn zoon André niet graag. Later vertelde Johan er aan zijn zoon alleen het volgende over: ‘Het was niet te houden tegen de overmacht van de Duitsers, dus moesten we vluchten naar de Vesting Holland, de “Waterlinie” bij Utrecht. Na het bombardement van Rotterdam moesten wij capituleren en werden door de Duitsers ontwapend en opgesloten in de Kromhoutkazerne. Na een verblijf van een week zijn we op 17 mei 1940 weer te voet naar Overberg gegaan waar we werden gedemobiliseerd. Na een toespraak van onze commandant de Overste W.F. Stoltenhof en na een drie maal “Leve onze Koningin” mochten we met Groot-Verlof naar huis. En toen maar zien dat je lopend thuis kwam. Maar wij waren het lopen wel gewend. Na thuiskomst begon mijn werk weer bij de PTT’.
Over de periode vanaf 1943, toen de Duitsers alle PTT’ers gedwongen op transport stelden naar het Oosten, vertelde Johan meer. Hij hield daar ook een uitgebreid plakboek over bij en maakte veel tekeningen van de omgeving. Als ambtenaren hadden de PTT’ers op dat gebied meer vrijheid dan de krijgsgevangenen. Johan schrijft: ‘De trein vertrok met 863 PTT-ers naar Dresden. Daar werden we verdeeld. Onze helft ging richting Oppelen waar we weer in kleinere groepjes van vijftien man werden verdeeld.’
De groep van Johan kwam in eerste instantie terecht in Kreuzburg: ‘Zo vertrokken we naar Kreuzburg in Obersilezië, Südetenland Polen. We werden daar tewerk gesteld bij het telefoonbedrijf.’Het groepje PTT’ers werd ondergebracht in gasthuis ‘Zu den zwei Linden’, waarvan Johan kans zag een kleurentekening te maken. De reis van Amersfoort naar Kreuzburg duurde volgens dagboekaantekeningen zo’n twee dagen, van 8 juni 1943 tot en met 10 juni 1943.
Lees het tweede deel van het oorlogsverhaal van Johan Hartgers hier. Dit verhaal is opgetekend tijdens het WO2-café in Ede op 5 maart 2020 en is gebaseerd op het dagboek en de biografie van Johan Hartgers (beide in privébezit van zijn zoon André). In een WO2-café konden Gelderlanders hun verhalen en herinneringen over de Tweede Wereldoorlog delen.
Erfgoed Gelderland, CC-BY-NC