Een grafheuvel in Elst

Gelderse Archeologische Kroniek 2020

In 2011 werd op de plek van de huidige Albert Heijn aan de Valburgseweg in Elst, gemeente Overbetuwe, een grafheuvel opgegraven. Door omstandigheden werd het onderzoek nooit verder uitgewerkt. In 2019-2020 gebeurde dit alsnog, en in een bijzondere vorm.

Kringgreppel

Voordat de supermarkt aan de Valburgseweg kon worden gebouwd, werd archeologisch onderzoek uitgevoerd. Vanwege het rijke verleden van Elst waren de verwachtingen hooggespannen. Toch had niemand verwacht dat de 'sloot', die al eerder tijdens een proefsleuvenonderzoek werd ontdekt, gedurende de daaropvolgende opgraving onderdeel bleek van een kringgreppel rond een grafheuvel. De grafheuvel bleek daarnaast uitzonderlijk groot, meer dan dertig meter in diameter. Helaas werd gedurende de opgraving geen graf aangetroffen. Wel werden er veel vondsten gedaan.

Publieksvriendelijke uitwerking

De uitwerking van de opgraving kwam echter niet op gang. Vervolgens ging de betrokken archeologische uitvoerder ook nog eens failliet, waardoor alle vondsten en documentatie door het Provinciaal Depot voor Bodemvondsten (PDB) werden overgenomen en veiliggesteld voor de toekomst. Daar bleven de dozen staan, totdat ze in 2019 uit de stellingkasten werden gehaald met een bijzonder doel: een publieksvriendelijke uitwerking. Het verhaal van de grafheuvel van Elst was namelijk tot dan toe nooit verteld en de gemeente Overbetuwe wilde dit graag eindelijk voor haar bewoners uit de doeken doen. De uitwerking zou geen wetenschappelijk rapport tot besluit hebben, maar zou verschijnen in een magazine over de archeologie in de ondergrond van Elst.

Sporen en scherven

Bij het bekijken van de dwarsprofielen van de grafheuvel, waar geen dateerbare vondsten uit kwamen, bleek dat de kringgreppel later was aangelegd dan de vroegste fase van de heuvel. De meeste vondsten die tijdens de opgraving waren gedaan, bestonden uit bijna duizend fragmenten aardewerk. Door het materiaal in het depot door een aardewerkspecialist te laten onderzoeken toonde de uitwerking van 2019-2020 aan dat de enorme kringgreppel vooral scherven bevatte uit de eerste fase van de Vroege IJzertijd, rond 800-650 voor Christus. De aanwezigheid van kwartsgruis in de verschraling, de herkende potvormen en het aanwezige kustaardewerk wezen in deze richting. Een tweetal brede greppels ten zuiden van de grafheuvel bleek juist vooral aardewerk uit de Midden-IJzertijd en de Late IJzertijd te herbergen. Kortom, de grafheuvel en het gebied daaromheen lijkt gedurende de hele IJzertijd in gebruik te zijn geweest.

Mooie inkijk

In een van de greppels ten zuiden van de grafheuvel werd een bijzonder artefact gevonden: een bronzen mantelspeld. Deze fibula bleek van het Vroeg-La Tène type te zijn, te dateren in de periode van 450-200 voor Christus. Niet alleen stemde dit prachtig overeen met de datering van het aardewerk, maar het sieraad bood ook nog eens een mooie inkijk in het persoonlijk leven van vroeger. Het mysterie blijft natuurlijk of de speld simpelweg kapot ging – de naald ontbrak – en werd weggegooid, of dat iemand hem verloor tijdens een bezoek aan de grafheuvel.

Dit verhaal is onderdeel van de Gelderse Archeologische Kroniek 2020.


Rechten

Rubicon Erfgoed, CC-BY-NC

Relevante links

Verwante verhalen

Lees meer

Contactgegevens

Erfgoed Gelderland
Team mijnGelderland
Westervoortsedijk 67-D
6827 AT Arnhem

info@mijngelderland.nl

Inschrijven nieuwsbrief

mijnGelderland Sociale media

erfgoed gelderland

Contactgegevens

Erfgoed Gelderland
Team mijnGelderland
Westervoortsedijk 67-D
6827 AT Arnhem

E info@mijngelderland.nl