Op de hoger gelegen zandgronden ten zuidoosten van Nijkerk ligt de buurtschap Appel. In 2008 wordt hier een belangrijke middeleeuwse versterking ontdekt, een zogenaamde walburg.
Het ovale burgterrein van ongeveer een halve hectare wordt omgeven door een aarden wal en een gracht. Daarbinnen liggen verschillende houten boerderijen en een werkplaats van een smid, die tevens bronsgieter is. Het benodigde ijzer wordt in de directe omgeving van de walburg uit moerasijzererts gewonnen. Later wordt binnen de omwalling op een apart omgracht terrein een houten toren of opslagplaats gebouwd. De walburg lijkt tussen de elfde en de zestiende eeuw continu gebruikt te zijn.
Het is nog niet zeker welke functie de walburg heeft gehad. Mogelijk doet het complex dienst als bescherming van de in Appel gelegen boerderijen en landerijen van de Duitse abdij van Elten. De abdij van Elten heeft kort voor het jaar 1000 in Appel een aantal boerderijen en landerijen gekregen van de Hamalandse graaf Wichman. Later komen daar door schenkingen van enkele van Wichmans kleinkinderen meer goederen bij. De abdij van Elten behoort samen met het klooster Abdinghof in Paderborn tot de belangrijkste grootgrondbezitters van Nijkerk en omstreken. Mogelijk is de walburg de voorloper van het latere huis Kemna, van waaruit de abdij haar bezittingen in Nijkerk bestuurt.
Een andere mogelijkheid is dat het aardwerk iets te maken heeft met de winning van ijzer in de Gelderse Vallei en op de Veluwe en het transport daarvan. IJzer lijkt in deze periode een van de belangrijkste pijlers te zijn waarop macht en aanzien zijn gefundeerd.
Leestips:
Museum Nijkerk, CC-BY-NC