In 1427 laat hertog Arnold van Gelre op Nijkerks grondgebied Slot Hulkestein bouwen. De hertog van Gelre en de bisschop van Utrecht hebben voortdurend conflicten. Vanuit de versterking Hulkestein is het mogelijk transporten van de bisschop over de Zuiderzee, langs het hertogdom Gelre, te hinderen. Het gaat dan om transporten tussen de twee gebieden van de bisschop, ‘t Sticht (nu Utrecht) en ‘t Oversticht (nu Drenthe en Overijssel).
Het Nijkerkse slot is waarschijnlijk een toren van drie verdiepingen geweest (10 á 12 meter hoog), met een brede onderbouw, op elke verdieping een paar bedden en op de bovenste verdieping, hoog en droog, het buskruit.
In 1517 wordt slot Hulkestein overvallen en zwaar beschadigd, maar hertog Karel van Gelre laat het nog sterker weer opbouwen. De machtsverhoudingen zijn echter aan het veranderen. ‘t Sticht, Gelre en ‘t Oversticht komen, evenals andere gebieden, rond 1543 onder één machthebber: Karel V.
Het slot raakt daarvóór al in verval en wordt omstreeks 1539 geheel gesloopt. Van de stenen van het slot wordt in de stad een kasteelachtig huis gebouwd met een zeshoekig torentje: het ‘Torenhuis’ (op de hoek van de Venestraat en de Groenestraat). De fundamenten van Slot Hulkestein worden gevonden in het huidige Randmeer. Eén van de stenen uit de fundering ligt in Museum Nijkerk.
Leestip:
Museum Nijkerk, CC-BY-NC