In 2011 is Culemborg een stad waar één op de tien inwoners van niet-westerse afkomst is. Een open samenleving waarin verschillende culturen hun plaats hebben. Dat is niet altijd zo geweest. Rond 1960 is Culemborg een kleine provinciestad en een gesloten gemeenschap. De Culemborgers kennen elkaar vooral bij de bijnamen.
Door de snelle economische groei in Nederland gaan steeds meer Culemborgers buiten de gemeentegrenzen werken. Andersom vormt de stad vanwege de centrale ligging een aantrekkelijke woonplaats voor mensen die elders werkzaam zijn. De snelle bevolkingsgroei maakt uitbreiding noodzakelijk. De eerste grote nieuwbouwwijk, Terweijde, wordt gerealiseerd in 1962.
Meer nieuwkomers volgen. In 1964 komen honderd Molukse gezinnen, voormalige militairen van het Koninklijk Nederlands Indisch Leger (KNIL) met hun familieleden. Kort daarna gaan de eerste Turkse en Marokkaanse gastarbeiders aan het werk in de Culemborgse meubelindustrie. Rond 1975 laten velen hun gezin overkomen.
Sindsdien neemt het aantal nationaliteiten nog steeds verder toe. Tegenwoordig leven 'oude' en 'nieuwe' Culemborgers samen in een kleurrijke stad, met behoud van ieders identiteit.
Dit verhaal is onderdeel van de canon van Culemborg. Het volgende venster is hier te vinden.