Eefje Schipper-van Asselt (1927) was de oudste in een gezin met acht kinderen. Ze was dertien toen de oorlog begon. Eigenlijk merkte het gezin daar niet veel van. Dat veranderde in 1944 toen de razzia begon.
''Ik was zeventien jaar toen de razzia begon. Het was heel erg angstig. De soldaten hadden mijn vader te pakken. Hij was net te laat voor de schuilkelder. Mijn vader vroeg aan de soldaten of ze iets wilden eten. Dat wilden ze en mijn moeder gaf hen te eten. Dus toen lieten ze hem gaan. Dat waren een paar goeie Duitsers.
Tijdens de razzia hoorden we wel allerlei verhalen, maar niemand dorst weg. Mijn moeder had twee broers in Putten zitten. Ik wilde er wel heen gaan, maar dat kon heel niet. Er was geen telefoon natuurlijk, niks. Dus je wist niet wie er weg was, en hoe, wat er gebeurd was, niks.
Ik ging altijd lopend naar de kerk. Dat was niet zo ver: een kwartiertje. Op de dag van de razzia was ik ’s morgens nog naar de kerk geweest. Er werd gezegd dat alle mannen boven de achttien jaar mee moesten. Nou ik was zeventien én ik was een meisje. Dus ik bleef zitten. De kerk ging wat vroeg uit. Ik liep behoorlijk hard van de kerk terug naar huis. Ik was alleen. Achter mij liep een man en die schoten ze dood. Dat was allemaal een heel angstig gedoe.
De volgende dag werd Putten in brand gestoken. Wij zijn toen naar kennissen gegaan. En het brandde. Ja, dat kon je allemaal zo zien. Ik ben bang geweest met de razzia, omdat ik zag dat mensen van mijn eigen leeftijd werden meegenomen. En ik ben bang geweest met de bevrijding, want toen moesten wij ook weg uit ons huis. Achter elk raam kwam een Duitser zitten. Wij gingen bij andere mensen in de kelder. En de volgende morgen waren de Canadezen d’r.
Moe gaf surrogaatkoffie, maar dat hoefden de Canadezen helemaal niet. Ze gingen iets verderop echte koffie halen. Ik weet dat ze allemaal in huis liepen. Er lag een mat die ik als oudste moest uitkloppen. Een stofzuiger was er toen natuurlijk niet, of niks. Twee van die Canadezen hielpen kloppen en dat kleed er weer afhalen. En mijn broertjes, die waren een jaar of tien, elf die kwamen met chocola d’r vandaan. Dat was feestelijk.''
Voor Verhaal van Putten vertellen (oud)-inwoners over opgroeien, werken en wonen in Putten. Dit verhaal over mevrouw Schipper – Van Asselt is geschreven door Lian van der Zon, op basis van een oral history-interview, afgenomen in juni 2018.
Lian van der Zon/Erfgoed Gelderland, CC-BY-NC
Putten vertelt
Tweede Wereldoorlog
1900-1950
Putten
Veluwe