Bombardement nabij molen De Hoop in Oud-Zevenaar

Vergisbombardement Molen de Hoop

In die vroege ochtend bombardeerden de geallieerden de spoorlijn Emmerich-Arnhem, die hemelsbreed 400 meter van het terrein van De Hoop. Een afgevuurde raketbom viel te vroeg en miste het doel. Deze kwam op de veeschuur nabij korenmolen De Hoop terecht, waar vader en zoon Pijnappel de koeien aan het melken waren. 

De lichamen

Willem was destijds 66, en had beschutting gezocht achter een binnenmuur. Hij kwam onder de instortende muur en verloor zo het leven. Zijn lichaam was nog geheel intact. Van het lichaam van Jan (toen 34) werd tussen de stoffelijke resten van de koeien weinig teruggevonden. Het weinige, waarvan met zekerheid was vast te stellen dat het van Jan was, werd in de lijkkist bij het lichaam van vader geborgen en op 6 maart 1945 begraven op de Rooms-Katholieke begraafplaats in Oud-Zevenaar. De molenwieken waren voor enkele dagen in de rouwstand gezet.

De herbouw

Met man en macht werd begonnen de ravage op te ruimen en een begin te maken met de herbouw. De schade aan het naastgelegen woonhuis was beperkt tot enkele scheuren in de zijgevel. Willem en Jan waren enkele van de laatste burgerslachtoffers van de Tweede Wereldoorlog, twee maanden voor de bevrijding van Nederland.

 Dit verhaal is ingestuurd door Karin Hippmann - Pijnappel in het kader van het project 'WO2-Verhaal Gezocht'. De andere ingestuurde verhalen lees je in de special 'Getuigen van de Oorlog'.

Rechten

Karin Hippmann - Pijnappel, CC-BY-NC