‘Dus wij zijn bankstel geworden’

Studeren en werken tijdens de wederopbouw

Anton Bernard Ruesink (1946), geboren in Ulft, groeide op tijdens de wederopbouw. Hij had een fijne jeugd. Vervolgens studeerde hij en ging daarna aan het werk. Hij vertelt over zijn ervaringen.

Herinneringen aan de oorlog

"Mijn moeder sprak weinig over de oorlog. Die zat vol angst en narigheid maar ze had nooit ‘traumatische’ dingen meegemaakt. Vader sprak er wel veel over. Hij maakte de invasie van de Duitsers mee toen hij 21 was. In militaire dienst was hij motor ordonnans (koerier te motor). Op een gegeven moment werd hij te werk gesteld door de Duitsers en moest hij anti tankwallen graven in Zevenaar. Ook heeft hij in Berlijn in een fabriek gewerkt.

Verder leren

Het was een slechte tijd, na de oorlog, maar er was ook vooruitgang. Vader verdiende steeds meer en iedereen had wel werk. We werden allemaal aangespoord om verder te leren, gingen allemaal naar de middelbare school en vonden later werk dat ons aansprak. Als je wat leerde, dan kon je dus naar kantoor of je kon naar de belastingdienst of je kon wat anders. En dan kon je dus goed geld verdienen. Als je niet naar school ging, dan kon je naar de fabriek en moest je hard werken en had je minder geld.

Studeren

Ik was meer benieuwd naar waar ik terecht zou komen dan dat ik mij zorgen maakte over waar ik zou kunnen beginnen. Er was werk genoeg. Na drie jaar op het HBS lyceum Ruimzicht in Doetinchem gezeten te hebben ben ik aan het werk gegaan. Waar ik vandaan kwam, dat was een volksbuurt. De meesten gingen naar de ambachtsschool of huishoudschool of soms nog de MULO. Het was bijzonder als je naar het lyceum was geweest.

De Amsterdamse Bank

Ik ging naar het arbeidsbureau en die man daar zei: “Zo jongeman, wat wil je dan doen?” Ik zei: “Nou, op een handelskantoor gaan werken, of bij een bank.” Er was een vacature bij de Amsterdamse Bank in Doetinchem. Dus ik ging naar dat gebouw, waarvan ik dacht dat het de Amsterdamse Bank was. Ik zette de fiets tegen de muur en ik keek omhoog naar de gevel en ik zie ‘Nederlandse Handelmaatschappij’ staan. Ik dacht: Oh wat, dit helemaal niet de Amsterdamse Bank, waar is dat dan?” Uiteindelijk heb ik het gevonden.

Ik belandde daar in een warm bad toen ik begon op 1 augustus 1962, voor 125 gulden bruto per maand. Er waren jongere en oudere collega’s, aardige mensen, het was een leuke tijd. De eerste week was feestweek en ik ging met mijn collega’s naar de kermis. Vaak waren we al vroeg klaar en konden we doen wat we wilden. Het kon ook wel eens laat worden, maar dat gaf niet.

Avondschool

In de avond ging ik toen nog naar school, de Handels Avond School. Daar heb in twee jaar gedaan waar iemand normaal vijf jaar over deed. Ook heb ik nog wat boekhoudingsdiploma’s gehaald.

Trouwen

Ik werd uiteindelijk verliefd op Alie, een collega van mij. Dus wij zijn ‘bankstel’ geworden, zoals ze dat dan zeiden. Er waren dus ook meer ‘bankstellen’ in die tijd. Nog steeds denk ik dat mensen elkaar leren kennen en verliefd worden op de werkplek. Voor mij was het een extra dimensie erbij. In 1967 zijn we getrouwd."

 

Voor ‘Een nieuwe tijd! Wederopbouw in de Achterhoek’ vertellen (oud)-inwoners over opgroeien, werken en wonen in de Achterhoek in de periode 1940-1965. Dit verhaal over Anton Ruesink is geschreven door Kees Huntink, op basis van een oral history-interview afgenomen door Mecheline Dijker in september 2019.

 


Rechten

Kees Huntink, CC-BY

  • Wederopbouw in de Achterhoek

  • Streekgeschiedenis

  • Personen

  • 1950-2000

  • Doetinchem

  • Achterhoek

Relevante links

Verwante verhalen

Lees meer

Contactgegevens

Erfgoed Gelderland
Team mijnGelderland
Westervoortsedijk 67-D
6827 AT Arnhem

info@mijngelderland.nl

Inschrijven nieuwsbrief

mijnGelderland Sociale media

erfgoed gelderland

Contactgegevens

Erfgoed Gelderland
Team mijnGelderland
Westervoortsedijk 67-D
6827 AT Arnhem

E info@mijngelderland.nl