Elke dorp in Nederland heeft wel een klok in een klokkentoren. Zo één die altijd luid bij lief en leed, de uren en halfuren laat horen en de mensen uitnodigt om te komen. Maar met de klok van Elst is iets aan de hand.
Het is zo’n 2 eeuwen geleden dat de klok van Elst werd gestolen uit de toren. Toen de toren dan ook zweeg en er geen enkele slag meer te horen viel, waren de bewoners van Elst diep bedroefd. Omdat een klok in die tijd van groot belang was, werd besloten een nieuwe klok te laten maken. De beroemde klokkengieter Dhr. Schimmel uit Utrecht werd gevraagd de klok te gieten.
De bewoners van Elst zamelden de benodigde metalen in, in de vorm van huisraad en lijfsieraden. Toen er in het kerkschuurtje een grote voorraad zilver, ijzer, koper en brons lag opgestapeld arriveerde Dhr. Schimmel die direct aan het sorteren sloeg. Soort bij soort. Alles werd nauwkeurig gewogen, tot op de milligram, “De verhouding komt nogal nauw,” zei de man op gewichtige toon. “Ontsteek het vuur en gooi dit alles in de ketel," en hij wees naar de metalen. Het vuur laaide op, en de metalen smolten. Dhr. Schimmel controleerde vuur en temperatuurstijging. “Dat is in orde. Ik moet even naar het huuske. Ik ben zo terug.”
Hij was net weg toen een vlaag het vuur onder de ketel aanwakkerde. De brij borrelde en siste en bereikte bijna de rand. Dit alles tot grote ontzetting van Gijs, leerling en hulpje van de dorpssmid. Hij dacht aan de pap van zijn moeder en wist dat hij moest roeren. Vlug greep hij een ijzeren staaf en stak die in de brij.
Dhr Schimmel die net kwam aanlopen riep “nee nee niet doen, de metaalverhouding!" maar het was te laat. Gijs brulde van de pijn en liet de staaf los. Deze zonk weg in de gloeiende massa.
De fout was niet te herstellen, de klok werd gegoten en in de toren gehesen. Maar de klank! De metalen stem van de klok had een vreemde schorre heesheid. En als een vreemdeling daar een opmerking over maakt, zegt de Elstenaar “'t Is de staaf van de smid, die er in zit, en meepraat, als de koster luien gaat.”