
Op het opgravingsterrein zijn resten aangetroffen van opslagschuurtjes voor graan, zgn. spiekers, uit de ijzertijd (ca. 500 - 0 voor Chr.). De bijbehorende boerderijen waarin de mensen moeten hebben gewoond, zijn niet gevonden. De spiekers lagen precies tussen de hoger gelegen delen in het landschap, waar men akkerbouw uitvoerde, en de lager gelegen delen, waar men het vee liet grazen. Een heel handige plek dus!
In de vroege middeleeuwen hebben mensen opnieuw gebruik gemaakt van het terrein. De archeologen hebben twee hutkommen ontdekt: kleine gebouwtjes die deels onder de grond lagen en die gebruikt werden voor allerlei werkzaamheden. Een soort schuur of garage van nu dus.
Na de vroege middeleeuwen blijft het lang rustig in de Ericahorst. Misschien is het terrein gebruikt als bouwland. Eeuwen later, vanaf de zeventiende eeuw, hebben mensen het gebied in en om de Ericahorst helemaal verkaveld, zodat de delen van het terrein verdeeld over verschillende eigenaren in gebruik werd genomen. Greppeltjes en hekwerk zijn hier de stille getuigen van. Ook zien we in het gebied karresporen en een bermsloot, die het tracé van de voorloper van de Veenderweg aanduidt. Hierna wordt het gebied klaargemaakt om enkele decennia lang plaats te bieden aan de Ericaschool.
Dit verhaal is afkomstig uit de Gelderse Archeologische Kroniek 2018.
Marlous van Domburg, Gemeente Ede, CC-BY
Archeokroniek
Archeologie
Tot -3000
Ede
Veluwe