Al in de steentijd leven er mensen in de bossen en op de heidevelden van de gemeente Heerde, waar nu toeristen fietsen en wandelen. Het bewijs daarvan zijn de grafheuvels die op verschillende plaatsen gevonden zijn.
In 1176 wordt de kapel van Heerde zelfstandig. Sinds de Middeleeuwen zijn de inwoners van Heerde gericht op de landbouw. Schapen die op de heidegebieden grazen, zorgen voor de mest die daarvoor nodig is. Van 1407 tot 1578 zijn er monniken in Heerde actief. Zij wonen in het Fraterhuis Hulsbergen, in buurschap Hulsbergen, in het noorden van de huidige gemeente. De gemeente wordt uit haar isolement gehaald met het graven van het Apeldoorns kanaal in 1829, door de aanleg van een verharde weg van Hattem naar Apeldoorn in 1843 en vooral door de aanleg van een spoorlijn van Zwolle naar Apeldoorn in 1887. Hiermee komt ook het toerisme op gang, wat tegenwoordig het belangrijkste aspect van de gemeente Heerde is.