
De Gelderse Achterhoek en het Overijsselse Twente worden soms met elkaar verward, en dat is niet zo vreemd. De gebieden hebben namelijk veel overeenkomsten. Ze delen met elkaar een Saksische oorsprong waardoor ze ook bijna dezelfde streektaal hebben. Beide regio’s kennen een sterke traditie van ‘noaberschap’, een vorm van burenhulp. Daarnaast hebben de Achterhoek en Twente tradities die op elkaar lijken, zoals het midwinterhoornblazen en het ontsteken van paasvuren. Ook landschappelijk zijn er veel overeenkomsten.
Deze tekst is onderdeel van de fietsroute Gelderse Grenzen gemaakt bij het Erfgoedfestival 2018: Over grenzen van Gelderland.
Bestuurlijk hebben de gebieden echter nooit bij elkaar gehoord. Overijssel behoorde in de middeleeuwen bij Het Sticht Utrecht en werd daarom Oversticht genoemd. Aan de Gelderse kant van de grens lag het Graafschap Zutphen. De grenzen van dit graafschap vielen ongeveer samen met die van de huidige Achterhoek.
Aan het begin van de twaalfde eeuw, toen de erfdochter van Zutphen trouwde met de graaf van Gelre, werd het Graafschap onderdeel van Gelderland. Maar binnen het Graafschap lagen wel een aantal onafhankelijke gebieden, zoals de heerlijkheid Borculo in het noordoosten, die pas in 1616 bij Gelderland kwamen. De huidige naam Achterhoek kwam pas in de negentiende eeuw op. Het was eerst vooral bedoeld als negatieve aanduiding – ver weg van de Randstad – maar op werd op den duur omarmd als een soort geuzennaam.
Oost - West
1700-1800
Achterhoek
Grensstreken