In de Tweede Wereldoorlog zijn de inwoners van Wageningen twee keer geëvacueerd. Dat overkwam ook Truus Jansen die twaalf jaar was toen de oorlog uitbrak. Ze groeide op aan de Ooststeeg, in wat toen nog buitengebied van Wageningen was, met uitzicht op de Grebbeberg en Rhenen. Ze was thuis de een na jongste. Er waren nog twee broers en twee zussen thuis, en twee oudere broers waren al getrouwd. In 2017 heb ik haar uitgebreid kunnen spreken in haar comfortabele appartement in het centrum van Uden, waar ze toen al meer dan zestig jaar woonde. Na al die jaren had ze nog levendige herinneringen aan de oorlogstijd in Wageningen.
'Honger hebben wij nooit gehad. Ik ging stiekem melk halen bij de boer. Wij hadden eten genoeg. Mijn moeder kookte twee keer per dag warm. We kregen wel voedsel- en kledingbonnen en die moest ik ophalen bij het distributiekantoor in de stad. Het was een eind lopen naar de stad, want op het laatst had je geen fiets meer. We wisten wel van de Arbeidsinzet. Maar dat het zo erg was wat er gebeurde in die concentratiekampen, dat wisten we niet. Waar moest je dat nieuws vandaan halen? Je moest altijd om acht uur binnen zijn en dan moest alles verduisterd zijn. Wij hadden blinden en gordijnen die dicht moesten. Er mocht geen streepje licht doorkomen.
Later in de oorlog hoorden we vaak V1’s overkomen. Het leek op het geluid van een vliegtuig. Ik vergeet nooit dat ik dan in bed mijn oren dichtdrukte. Want als het geluid stopte, dan vielen ze. Ze waren geladen met van alles en nog wat, wat ontploffingen gaf. Het was een laatste streek van Hitler. Hij dacht dat hij er Engeland mee kon bereiken.
Van de luchtlandingen op 17 september 1944 daar staat me het meeste van bij. Het was zondagmiddag en we hadden net gegeten. En toen hoorden we het geluid van veel vliegtuigen. We liepen op de dijk dicht bij onze kwekerij en zagen al die parachutisten naar beneden komen. Het was een machtig gezicht. Dat vergeet ik nooit meer. Ach wat waren we toch blij. We dachten: "Nou is de oorlog zó afgelopen". Maar wat een teleurstelling, toen moest het nog zo’n beetje beginnen dat oprukken van de geallieerden. Veertien dagen later moesten we allemaal weg. Negen maanden zijn we weggeweest!
Je moest maar zien waar je terechtkwam. Ik zie ons nog vertrekken met een grote handkar waar van alles op lag. Ik zat met mijn zus ergens ingedeeld in Renswoude. Mijn vader en moeder met mijn jongste zus waren elders ondergebracht en mijn twee broers kwamen bij een boer terecht.
Renswoude is een dorp met een soort lintbebouwing en er kwamen veel mensen langs lopen die honger hadden. Ik weet nog dat een meneer een boterham kwam vragen. Ik kende die man. Ik kreeg de opdracht hem een dubbele boterham te geven. Ik vond het zo erg want hij schaamde zich zo. Voor de mis gingen we naar hotel ‘De Dennen’ in Renswoude. Daar kwam dan een kapelaan uit Veenendaal. Met Kerst kregen we nog een beetje olie van de mensen bij wie wij in huis waren. Zij hadden een wagenpark en benzinestation dat leeg was. Maar er zat nog wel wat olie in waarmee we voor een beetje kerstverlichting konden zorgen.
Begin juni kwamen we terug in ons huis. Wageningen had veel geleden hoor. De kwekerij van mijn vader was helemaal kapot. Dat was een enorme rommel. Ik weet niet hoe lang we wel niet al dat glas hebben moeten oprapen. Er kon dus ook niet worden geoogst. Mijn vader kreeg wel een schadevergoeding. We hadden geen stoel meer in huis en geen bed om in te slapen. Het was helemaal leeg, alles leeggeroofd en in de deuren zaten gaten omdat erop geschoten was.
Terugkijkend op de oorlog heb ik er persoonlijk niet veel van geleden. Die jaren kabbelden gewoon door. Pas achteraf hoorde ik over wat er allemaal gebeurd was, zoals over Wageningse NSB’ers die mensen hebben verraden en dat de Wageningse joden allemaal vergast waren.”
Dit verhaal is voortgekomen uit een oral history dat Willy Brouwer (Oral History Werkgroep Gelderland) heeft gehouden met Truus Jansen in september 2017. Dit is het tweede deel van het verhaal van Truus Jansen, lees hier deel een.
Willy Brouwer (Werkgroep Oral History Gelderland), CC-BY-NC