In september 2013 speelt het Buren Toen Theater vier voorstellingen van 'Kroniek van kleine en grote mensen aan de Korne, 1906'. Het is een bewerking van een historisch artikel over Burense wantoestanden. Het stadje telt in die tijd tientallen verpauperde huizen, een absurd slechte hygiëne en watervoorziening en jaarlijks een aantal sterfgevallen door de gevreesde tyfus.
Binnen het gemeentebestuur bepaalt een kleine elite het lot van de bewoners. De burgemeesters die wel iets willen veranderen, drie op rij, staan machteloos. Kritische inwoners worden geïntimideerd door de 'stille krachten' zoals de elite wordt genoemd.
In 1916 doet de Nieuwe Arnhemse Courant verslag en in 1931 brengt een Volkskrantartikel de situatie landelijk voor het voetlicht. Al die tijd is er nog niets veranderd. Geld is er wel, maar dat wordt opgepot. Spaarbank en Weeshuis, geleid door 'dezelfde regentenkliek' aldus de Volkskrantschrijver, geven grif geld uit, 'terwijl de arbeiders als varkens moeten leven'. Vele huisjes kennen maar één klein kamertje met zolder. Particuliere initiatieven voor sociale woningbouw worden weggewuifd. Voor beëindiging is figuurlijk gesproken een breekijzer nodig, een functie die, navrant genoeg, wordt vervuld door de Tweede Wereldoorlog. Als daarna burgemeester Van Sandick de balans opmaakt, concludeert hij gelaten: 'Iedere financiële reserve is gekweekt door onthouding van zaken welke inwoners van andere gemeenten als normaal beschouwen'. Pas dan kan een zwarte bladzijde uit de Burense geschiedenis worden afgesloten.
Dit verhaal is onderdeel van de canon van Buren. Het volgende venster is hier te vinden.
Henk Huitsing
Buren
Streekgeschiedenis
1900-1950
Buren