Velp

Deze fraaie ligging heeft van oudsher tot de dag van vandaag grote aantrekkingskracht uitgeoefend op de kapitaalkrachtigen in onze samenleving. In vroeger tijden waren dat de kasteelheren, die landgoederen als Overbeek, Biljoen, Daalhuizen en Overhagen bewoonden. In de loop van de 20e eeuw vestigden zich vooral de uit Nederlands-Indië afkomstige renteniers en andere gegoeden. Zij lieten hun villa's en landhuizen vooral aan of ten noorden van de spoorlijn van Arnhem naar Zutphen bouwen. Zo ontstond een duidelijke scheiding tussen Velp-Noord en Velp-Zuid. Een scheiding, die niet alleen geografisch van aard is, maar er ook één is in sociologisch opzicht. Velp-Noord voor de welgestelde en Velp-Zuid voor de arbeider. Hoewel er op deze tweedeling inmiddels, zeker in sociologisch opzicht veel is af te dingen kan moeilijk worden ontkend dat Velp-Noord en -Zuid in stedenbouwkundig opzicht sterk van elkaar verschillen. Het ten opzichte van de Hoofdstraat en spoorlijn zuidelijk gelegen deel van Velp vertoont naast de oudere bebouwing van voor de oorlog alle kenmerken van de naoorlogse nieuwbouwgolf.

Het huidige centrum, ook wel "Hart van Velp"genoemd, ligt aan de Hoofdstraat, de oorspronkelijk doorgaande weg van Arnhem naar Zutphen. Deze functie is inmiddels over genomen door de A348, maar dit laat onverlet dat de Hoofdstraat nog steeds een drukke doorgangsweg is voor woonwerk- en ander verkeer, die geen ruimte laat voor een karakteristiek dorpscentrum als een dorpsplein of brink. De Overtuin is een aardige en artistiek geslaagde poging om dit gemis enigszins te compenseren. Samen met de Emmastraat, de Rozendaalselaan en de Oranjestraat vormt de Hoofdstraat het gezellige en gevarieerde winkelgebied van Velp.