Het ruilverkavelingsgebied bij Beltrum is door de Rijksdienst voor het Cultureel erfgoed in 2015 aangewezen als gebied van nationaal belang, omdat het een goed beeld geeft van de vroege ruilverkaveling na de Tweede Wereldoorlog. Hierbij zijn de historische elementen, zoals oude wegen en historische boerderijen, bewaard gebleven.
Na de Tweede Wereldoorlog krijgt Nederland te maken met een groeiende bevolking en grote voedseltekorten. De voedselproductie moet efficiënter worden gemaakt om Nederland meer zelfvoorzienend te maken. Door diverse technologische ontwikkelingen ,waaronder kunstmest, worden boeren minder afhankelijk van de kwaliteit van de bodem. Dit stimuleert ruilverkaveling.
Voor Beltrum wordt in 1950 door H.W. de Vroome van Staatsbosbeheer een landschapsplan gemaakt met oog voor het bestaande landschap. Het is namelijk goedkoper om zoveel mogelijk gebruik te maken van de al bestaande elementen en structuren, zoals wegen en wateren. Hierdoor zijn rechtlijnige heideontginningen en kronkelende wegen in het Eslandschap, het Kampenlandschap en het Beekdal, bewaard gebleven.
Grotere akkers ontstaan door het samenvoegen van percelen. Voor de betere waterafvoer zijn er oplossingen als diepploegen, aanleg van drainage, het trekken en verdiepen van de waterlopen en het graven van nieuwe waterlopen. Over de nieuwe waterlopen komen betonnen bruggen te liggen. Zo’n 65 kilometer aan onverharde landwegen wordt verhard en beplant met inheemse bloemen en heesters. Bestaande boerderijen worden gemoderniseerd en er komen nieuwe bedrijven bij
Van het begin van de jaren ‘30 tot halverwege de jaren ‘50 wordt ruilverkaveling vaak uitgevoerd als werkverschaffing voor werklozen. Vele duizenden werklozen worden door de Dienst Uitvoering Werken van de overheid verplicht in het arbeidsproces ingeschakeld. Het ontwerp en de uitvoering zijn meestal in handen van private ondernemingen. De herstructurering met een omvang van zo’n 2770 hectare vindt in de omgeving van Beltrum plaats tussen 1952-1959 onder supervisie van de Heidemaatschappij.
Het landschapsplan van Beltrum loopt vooruit op de ruilverkavelingwetten van respectievelijk 1954 en 1985. Naast agrarische belangen is er ook aandacht voor het behoud van de cultuurhistorie, natuur- en recreatiegebieden. Aan het begin van de eenentwintigste eeuw vindt opnieuw een ruilverkaveling plaats, maar dat is voor Beltrum puur een papieren kwestie. Nieuwe recreatieve structuren worden toegevoegd, zoals de kerkpaden. Daarnaast er natuurontwikkelings- en beekherstel projecten uitgevoerd langs de Slinge en Leerinkbeek.
Bronnen en verder lezen:
Olga Spekman, CC-BY