Het provinciale tuchthuis van Arnhem

Strafrechtelijke hervormingen in het 16e-eeuwse Gelderland

In de zestiende eeuw bracht Dirck Volckertz Coornhert (1522-1590) een zekere verandering teweeg in het strafrecht. In plaats van de doodstraf, verbanning en geseling, werd de nadruk gelegd op het verrichten van zware arbeid als straf. De nieuwe aanpak was erop gericht om de veroordeelden niet alleen te straffen maar ook te verbeteren.

Tuchthuizen

Criminele mannen en vrouwen werden in tuchthuizen te werk gesteld om hen voor te bereiden op hun terugkeer in de maatschappij. Naast veroordeelden voor misdaden werden ook landlopers en bedelaars opgenomen. Door arbeid konden gevangenen de kosten van hun detentie en onderhoud zelf terugverdienen, en de tuchthuizen maakten zelfs winst door gratis arbeid. Meestal was er een onderscheid tussen mannen en vrouwen: mannen werkten in het rasphuis waar ze verfhout moesten raspen voor de verfindustrie, terwijl vrouwen werkten in het spinhuis.

Dolhuizen

Dolhuizen waren bedoeld voor de opsluiting van mensen die overlast veroorzaakten of als gevaarlijk werden beschouwd, zoals geesteszieken. Meestal werd opname geïnitieerd door naaste familieleden, hoewel het stadsbestuur uiteindelijk toestemming moest geven. Vanwege beperkte capaciteit was de kans op opname echter klein.

Het provinciale tuchthuis van Arnhem

Het tuchthuis van Arnhem stond ook in zijn tijd niet bepaald goed aangeschreven. Het provinciale tuchthuis van Arnhem werd in 1710 opgericht door de Gelderse Staten en bood plaats aan veroordeelden uit de stemhebbende steden in Gelderland, soms zonder vorm van proces. Daarnaast kreeg ook het Hof van Gelre en Zutphen deze bevoegdheid toegewezen. Andere steden en gerechten in Gelderland mochten alleen tegen een jaarlijkse betaling van 25 gulden hiervan gebruik maken.

De gedetineerden die in het tuchthuis werden opgenomen vormden naast bedelaars, landlopers en veroordeelden ook minderjarigen (onder wie kinderen van nog geen tien jaar oud) en geesteszieken. Gedetineerden moesten hun eigen kost verdienen door textielarbeid, voornamelijk spinnen, maar vanwege de diversiteit van de bewoners was niet iedereen even bekwaam. De tewerkstelling was vaak gericht op persoonlijk winstbejag, wat resulteerde in klachten over de inferieure kwaliteit van de producten.

Zwaar regime

De dagelijkse leiding van het Arnhemse Tucht en Verbeterhuis berustte bij de tuchthuismeester, geassisteerd door een cipierknecht, twee spinmeesters en een "vermaner". De tucht die in dit huis wordt toegepast was veel strenger dan in de meeste achttiende-eeuwse spinhuizen elders in de Republiek. Zo stond er midden op de binnenplaats een geselpaal waaraan bewoners werden vastgebonden en soms twee keer achtereen de geseling moesten ondergaan. Eenzame opsluiting kwam ook herhaaldelijk voor.

Het huis beschikte ook over een aparte examineer- of pijnigingskamer, die tot 1795 in gebruik was. Deze kamer was noodzakelijk omdat men in die tijd alleen tot straf kon overgaan als de verdachte had bekend. "Dat bij volhoudende ontkenning van schuld de verdachte gepijnigd diende te worden om de waarheid der feiten waarmede men beschuldigd wordt en andere uit den mond te trekken."

Huis van Burgerlijke en Militaire Verzekering te Arnhem

In 1826 werd het Tucht en Verbeterhuis samengevoegd met een aangrenzende militaire gevangenis. In 1837 werden twee ziekenzalen, een isoleerkamer voor besmettelijke ziekten en een schurftkamer toegevoegd. De veroordeelden werden dan gescheiden van de niet-veroordeelden. Mannen en vrouwen habben aparte zalen. De vrouwenzalen lagen echter niet afgezonderd van de zalen van de mannelijke gedetineerden. Voor de gedetineerden waren er geen aparte werkzalen en slaapzalen beschikbaar. Hierdoor moesten de gedetineerden gedwongen in hangmatten slapen. Uiteindelijk werd het complex in 1905 gesloten nadat het nieuwe Huis van Bewaring achter het Paleis van Justitie werd geopend. In 1907 werd het oude complex aan de Beekstraat voor 33.600 gulden gesloopt.

Bronnen:

  • Justitiae Sacrum, zeven eeuwen rechtspraak in Arnhem, PG Aalbers, uitgeverij Matrijs, 1998, ISBN 90 5345 1196
  • Historische atlas van misdaad en straf, Paul Nieuwbeerta, Paul Brood, en Martin Berendse, Wbooks 2022, 978 94 62584945


Rechten

Olga Spekman, CC-BY

  • Bestuur

  • Werk

  • 1500-1600

  • Arnhem

Relevante links

Verwante verhalen

Lees meer

Contactgegevens

Erfgoed Gelderland
Team mijnGelderland
Westervoortsedijk 67-D
6827 AT Arnhem

info@mijngelderland.nl

Inschrijven nieuwsbrief

mijnGelderland Sociale media

erfgoed gelderland

Contactgegevens

Erfgoed Gelderland
Team mijnGelderland
Westervoortsedijk 67-D
6827 AT Arnhem

E info@mijngelderland.nl