Eeuwenlang was het hemelbed een kostbaar en belangrijk meubelstuk. De hemelbedkamer was voor de vorst een plaats om zijn waardigheid tentoon te spreiden en daarom ook bezoek te ontvangen. In Paleis het Loo zijn deze ruimtes nog te bewonderen.
Er bestonden verschillende vormen van bedhemels. Een simpele constructie waarbij de gordijnen werden bevestigd aan een haak aan het plafond kwamen al in de middeleeuwen voor. In de zeventiende eeuw werd de alkoof populair. Hierbij werd het bed geplaatst in een grote nis in de kamer, waar het bed zo in past dat je er aan weerszijde nog net langs kunt lopen. De ruimte tussen bed en muur heette de Ruelle: het steegje.
Tot in de achttiende eeuw was het heel gebruikelijk dat man en vrouw ieder hun eigen slaapkamer hadden. Hun bedkamers diende als ontvangstruimte. Deze rituelen ontstonden in Frankrijk. De Franse koning ontving zijn belangrijke bezoek terwijl hijzelf in een rijk versierd bed bed gelegen was. Bij afwezigheid van de koning was het de bedoeling dat men beleefd naar het met koninklijke symbolen versierde bed boog.
In de tweede helft van de zeventiende eeuw werd dit gebruik ook in Nederland geïntroduceerd. De Franse interieurontwerper Daniel Marot ontwierp menig bed voor de Nederlandse aristocratie. Zo ook voor stadhouder Willem III (1650-1702) en zijn vrouw Mary Stuart (1662-1695). Het leven van deze aristocratie was in veel opzichten een publiek gebeuren. In Paleis het Loo is bijvoorbeeld een eetkamer te bewonderen waar het uitgenodigd publiek het banket van Willem III kon aanschouwen.
Paleis het Loo beschikt anno 2022 over twee bedkamers van Mary. Een van de bedkamers werd door haar gebruikt om te slapen en tevens haar gasten te ontvangen. Toen zij koningin werd van Engeland is een andere bedkamer speciaal ingericht voor de ontvangst van vorsten en de hoge aristocratie. Het was de bedoeling dat Mary deze gasten ontving terwijl zijzelf gezeten was op een stoel voor het bed. Door haar overlijden in Engeland op 7 januari 1695 heeft zij geen gebruik meer kunnen maken van deze ontvangstruimte.
In de negentiende eeuw was de slaapkamer inmiddels duidelijk tot privésfeer verworden. In het Paleis het Loo is nog een hemelbed te zien van koning Willem III (1817-1890). Na het overlijden van haar vader heeft ook Wilhelmina nog in dit bed geslapen. De kamer is nu ingericht zoals Willem III er van gebruik heeft gemaakt. Te zien is dat de kamer ook hier niet alleen werd gebruikt om te slapen maar ook om er bijvoorbeeld te schaken.
Er zijn meer Gelderse hemelbedden bewaard gebleven. Zo is in Kasteel Cannenburg een in 2021 gerestaureerd exemplaar te zien. Dit bed is in een alkoof geplaatst. Helaas is het in veel kastelen niet goed mogelijk, vanwege de noodzakelijke klimatologische omstandigheden, om zo een kostbaar meubelstuk te tonen. Veel hemelbedden hebben een plaats gekregen in de collectie van het Rijksmuseum, waaronder het hemelbed uit kasteel Rosendael en een hemelbed uit een huis in Buren uit de vijftiende eeuw.
Bron:
Olga Spekman, 2022, CC-BY-NC
Kunst en cultuur
Personen
Bestuur
1600-1700
Apeldoorn
Veluwe