Dorsen is het proces van verwijderen van graan of bonen uit de rijpe graanhalm of peul. In de collectie van het Kijk en Luistermuseum in Bennekom vindt u ook objecten die met het dorsen te maken hebben. Deze objecten hebben alles te maken met de jaarlijkse Vlegeldag in Bennekom.
De dorsvlegel is een handwerktuig waarmee vroeger koren en bonen werden gedorst. Hij bestaat uit een houten steel van circa 1,5 meter. Aan het uiteinde is een iets zwaardere stok, circa 0,5 m en 10 cm dik, beweeglijk bevestigd. De twee delen zijn met elkaar verbonden door leren lussen, die of in elkaar grijpen of geknoopt zijn met gedroogde palinghuid.
Na het oogsten werden de graanhalmen samengebonden tot schoven. Om te kunnen dorsen worden de losgemaakte schoven op de dorsvloer uitgespreid. Met de vlegel wordt er in een bepaalde cadans op geslagen. Na het dorsen wordt het graan in een handwan of wanmolen geschoond. Dorsen wordt ook vlegelen genoemd.
De dorsvlegel heeft in Bennekom folkloristische betekenis gekregen. Op de vlegelmarkt tijdens de jaarlijkse Vlegeldag wordt het vlegeldorsen gedemonstreerd. Hieruit is ook de wedstrijd Vlegelhangen voortgekomen. Het onderste deel van de vlegel wordt opgehangen. Wie het langst, in tijd gemeten, vrij van de vloer aan de vlegel kan hangen, is de winnaar.
Het kromhout was de voorloper van de dorsvlegel, gebruikt voor het dorsen van graan of bonen. De aren lagen daarbij op een vlakke dorsvloer en dankzij de kromming van het hout kon de boer recht op de grond slaan en zo de graankorrels van de rijpe aar scheiden. Nog lang werd het kromhout ook gebruikt voor het dorsen van bonen. Daarbij sloeg men op een gevulde zak met gedroogde bonen om zo de bonen uit de doppen te krijgen. Het kromhout was gemaakt van een taaie houtsoort, zoals appelhout. Ook toen de dorsvlegel al bestond, bleef het kromhout in gebruik bij arme boeren die de aanschaf van een dorsvlegel te kostbaar vonden.
Kijk en Luistermuseum, CC-BY-NC-SA
Landbouw
1900-1950
Ede
Veluwe