Tijdens de Tweede Wereldoorlog is het rivierengebied twee keer het toneel geweest van oorlogsgeweld. Ondanks moderne oorlogsmiddelen bleken de rivieren moeilijk te nemen barrières, die het verloop van een oorlog kunnen bepalen. Langs de Waal deden zich talrijke schermutselingen voor in deze periode. In het volgende de belangrijkste.
Deze tekst maakt onderdeel uit van de special Verbeelding van de Waal, de Waal als barrière, thema Strijd aan de Waal
Al direct in de meidagen van 1940 was de oorlog merkbaar in het Rivierengebied. De eerste verdedigingslijn tegen de Duitsers was de Maas-IJssellinie, die bij Nijmegen langs het Maas-Waalkanaal lag. De linie was niet bedoeld als langdurige verdedigingslinie. De bijna 900 kazematten (bunkers met geschut) waren onvoldoende om de beide rivieren adequaat te verdedigen. Ook was er geen artillerie aanwezig. De Duitse 'Stoottroep Noord' drong van het zuiden Nijmegen binnen, maar de Waalbrug en de spoorbrug werden opgeblazen voordat de vijand er gebruik van kon maken. Het Nederlandse leger had zijn stelling opgebouwd aan de noordzijde van de Waal, bij Lent. Vanuit bunkers bestookten zij de Duitsers, die op hun beurt een stelling opbouwden aan de Batavierenweg en de Nederlanders beschoten. De Nederlanders waren niet tegen de Duitsers opgewassen en moesten al snel hun stellingen verlaten.
Aan het eind van de oorlog werd de Waal wederom het strijdtoneel met de operatie Market Garden van september 1944. De geallieerden wilden in één snelle aanval de bruggen over de belangrijkste rivieren innemen, en vervolgens snel doorstoten naar het Duitse Ruhrgebied. Het lukte echter niet de ‘laatste’ brug, die over de Rijn bij Arnhem, te veroveren. Zonder de bruggen bleken de Waal en de Rijn een onneembare barrière, waardoor de oorlog nog meer dan een half jaar zou voortduren.
De Duitsers wilden de achtergebleven geallieerde troepen uit de Betuwe verdrijven en maakten hierbij gebruik van de vele regen die er in de herfst van 1944 was gevallen. Het peil van de Rijn en de Waal was erg hoog geworden en door kwel was het ook binnendijks erg nat. De Duitsers besloten deze wateroverlast te vergroten door in december 1944 de Betuwe ten oosten van het Amsterdam - Rijnkanaal onder water te zetten. De overstroming, was tot schrik van de Duitsers zelf, veel groter dan gedacht. Veel van de fruitoogst ging verloren en ook veel kleinvee vond de dood. Bij lagergelegen huizen stond het water tot de dakrand. De bevolking ondervond hier grote schade van, de streek ging behoren tot de zwaarst getroffen gebieden van ons land.
De Waal was vanaf najaar 1944 grensrivier tussen de Duitse bezetters in de Betuwe en de - meest Canadese en Belgische - bevrijders in het land van Maas en Waal. Er waren vanaf het begin van de Tweede Wereldoorlog altijd al ‘illegale’ overstekingen, maar in 1944 werden die ‘crossings’ cruciaal. Personen en berichten werden over de Waal naar het bevrijde gebied overgebracht, en andersom.
Een belangrijk onderdeel van de operatie Market Garden was de Oversteek van de Waal. Dat gebeurde op 20 september 1944 in kleine bootjes door Amerikaanse parachutisten, bijgestaan door Britse geniesoldaten. De geallieerden wilden de Waalbruggen ongeschonden in handen krijgen om zo troepen richting de Rijnbrug bij Arnhem te kunnen sturen. De para’s kregen de opdracht met kleine bootjes de Waal over te steken naar het door de Duitsers beheerste gebied. Daar moesten de opritten van de bruggen worden veroverd. De eerste golf bestond uit 26 canvasbootjes volgestouwd met para's en engineers. Al gauw kwamen de bootjes onder moordend vuur te liggen. Enkele bootjes werden door vijandelijk vuur het water uitgeblazen en zonken. Van de 260 man in de eerste oversteek raakte ongeveer de helft gewond of werd gedood. De gedurfde operatie slaagde, al konden maar elf bootjes terug geroeid worden om ingezet te worden voor de volgende vijf golven die daarop volgden. De soldaten die heelhuids de Waal waren overgekomen vochten zich een weg naar de spoorbrug en tenslotte richting de Waalbrug. Om 19.00 uur waren beide bruggen in handen van de geallieerden. Vlak daarna reed de eerste Britse tank de Waalbrug over. De operatie had aan 49 man het leven gekost.
In 2013 kreeg de nieuwe brug over de Waal die ongeveer de plaats van de Waaloversteek werd voltooid, de naam 'De Oversteek'. Als eerbetoon aan de gesneuvelden werd de brug uitgerust met 48 paren lichtmasten die na het aanschakelen van de stadsverlichting paar na paar van zuid (Nijmegen) naar noord (Lent) aangaan, in het tempo van een trage mars. Na een grootse herdenking in 2014 loopt er elke avond bij zonsondergang een oud-militair over de brug, in trage mars, tegelijk met het ontsteken van de 48 lichten.
Vervolg: De Waal als levensader
Marieke Muilwijk m.m.v. Paul Klinkenberg, De Bastei, Nijmegen, CC-BY-SA
Verbeelding van de Waal
Landschap
Tweede Wereldoorlog
1900-1950
Nijmegen
Rijk van Nijmegen