De legerleiding zette het boek 'Frank van Wezels roemruchte jaren' van A.M. de Jong in 1927 bij verschijning direct op de lijst met verboden lectuur. Lees hieronder het gewraakte citaat van Frank van Wezel, hoofdpersoon de roman van A.M. de Jong. Hij moest in 1917 onverwacht als landstormer in dienst.
"Elke dag werd de tirannie van luitenant Laagboom onverdraaglijker, zijn arrogant optreden tergender en de weerzin van ook de kalmsten onder de adspirant-officieren heftiger. Overal viel hij over. Altijd had hij aanmerkingen op het tenue van de een of ander. Iedere los zittende knoop was hem een gerede aanleiding om uit te varen op de wijze van een onverstandige vader tegen zijn driejarige zoon. De handen werden nooit precies hoog genoeg aan de geweerriem gehouden. Zijn kraaiende jongensstem werd een onverdragelijke kwelling voor de vermoeid rakende landstormers, die hem een plaag vonden, en hem haatten van zijn keurige puttees [beenwindsels] tot zijn gepommadeerde peenhaar. Als er geoefend was van zeven uur 's morgens tot een uur of elf, afwisselend exerceren, bajonetvechten, aanslagen met het geweer, begonnen de slecht gevoede mannen vermoeid te raken en regende het aanmerkingen van de rondrennende luitenant, die van groep tot groep ging en overal uiting gaf aan zijn mening, dat er op heel de wereld geen lamlendiger troep beroerlingen bestond dan het zonderlinge zoodje stoethaspels, dat men hem op de hals geschoven had.
Bron:
In Nieuw-Vossemeer is het A.M. de Jong-museum gevestigd, dat op afspraak open is.