De Soldoatenkiste

Een militair bestaan in Nederlands-Indië

Jan Groot Roessink (1927) liet samen met zijn vrouw Hermien het boerenleven uit Hengelo achter zich om af te reizen naar Nederlands-Indië. Openhartig vertelt hij over zijn ervaringen.

Op naar Indië

“We hebben alles achter ons gelaten. Toen ben ik ook beginnen te genieten. Altijd over horen praten en over geleerd. En toch! De volgende morgen de Krijtrotsen van Engeland. Ik ben niet zeeziek geweest, maar we hebben 28 dagen aan een stuk op de boot gezeten zonder dat we aan land zijn geweest. Toen waren we in Indië, waar we de eerste pisang hebben gegeten, geplukt zo van de boom. Weet ik ook nog. En je staat ook in een vreemd land. Je houdt elkaar de handen vast. In Tandjong Priok werden we weer afgemeerd. Dat is een voorhaven, zoals Hoek van Holland, van Indië.

Armoede

Een eind verder zagen we de armoede van Indië pas. Mensen in vodden of met helemaal niets aan. We hebben de eerste naakte mensen gezien. Jongens die ik al kende zijn kameraden voor het leven geworden. We hebben daar leren schieten en wennen aan de tropen. Het was echt een opleidingscentrum om ons klaar te maken voor het grote werk.

'Starten'

Toen op 17 december de actie begon met de vliegtuigen die naar Djokja gingen, om te bombarderen, ging ons peloton met pioniers ook mee om de bommen onschadelijk te maken. We zagen ze over komen en wij maar wachten. En toen,19 december kwam voor ons het verlossende bericht: Starten.

We kwamen in een zaaltje, de wachtposten waren uitgezet. En daar hebben we onze Kerstavond gevierd. Daar werd een toespraak gehouden en we hebben met elkaar gezongen: ‘Stille nacht, Heilige nacht.’ Met het geweer in de handen. En toen zei de commandant: "Mannen, we moeten verder. Maar denk erom: er wordt gekapt, er kunnen spaanders vallen.”

Gevechten

We kregen te maken met een hevige aanval. De mitrailleur stond naast me te blaffen en ik stond hier. Hij stond daar en de mitrailleur stopte ineens. En ik kijk achterom, ligt hij dood achter me. Dat was het einde van de gevechtshandelingen. En toen kregen we een heel ander iets: Nu gaan we naar huis. Mijn hele leven is het mij bijgebleven, die dertig jongens van mijn bataljon, die daar gesneuveld zijn.

Kijken en luisteren met de ogen van toen

Maar ik vind wel tegenwoordig, als er over die tijd gepraat wordt, dat vind ik gewoon onsmakelijk. Want de mensen weten niet waarover ze praten. Ze kijken en luisteren met de ogen en oren van nu. Laat ze eens lezen over die tijd. Er zijn misstanden geweest, maar het was een land dat de moeite waard was om er te zijn. Misstanden waren er, maar we hebben meer goed gedaan dan slecht. Dat moeten ze allemaal goed weten: kijk met ogen van toen en luister ook met de oren van toen. Dan kun je een beter oordeel vellen.” 

 

 

Voor ‘Een nieuwe tijd! Wederopbouw in de Achterhoek’ vertellen (oud)-inwoners over opgroeien, werken en wonen in de Achterhoek in de periode 1940-1965. Dit verhaal over Jan Groot-Roessink is geschreven door Toon Roelofsen, op basis van een oral history-interview afgenomen door Toon Roelofsen in september 2019. Dit verhaal is geredigeerd door Kees Huntink.


Rechten

Toon Roelofsen, CC-BY

  • Wederopbouw in de Achterhoek

  • Oorlog

  • Personen

  • Oost - West

  • 1900-1950

  • 1950-2000

  • Bronckhorst

  • Achterhoek

Relevante links

Verwante collectiestukken

Ga naar CollectieGelderland

Verwante verhalen

Lees meer

Contactgegevens

Erfgoed Gelderland
Team mijnGelderland
Westervoortsedijk 67-D
6827 AT Arnhem

info@mijngelderland.nl

Inschrijven nieuwsbrief

mijnGelderland Sociale media

erfgoed gelderland

Contactgegevens

Erfgoed Gelderland
Team mijnGelderland
Westervoortsedijk 67-D
6827 AT Arnhem

E info@mijngelderland.nl