De geschiedenis van Ede werd vanaf het begin van de twintigste eeuw voor een groot deel bepaald door de bouw en bloei van de ENKA-fabriek. Deze fabriek produceerde viscose, een kunstmatig vervaardigd natuurproduct of semisynthetische vezel.
Viscose is een semisynthetische vezel. Het is kunstmatig vervaardigd uit het natuurproduct cellulose. Cellulose wordt uit houtpulp gewonnen. Viscose staat ook bekend als kunstzijde en rayon. In America begon de productie van viscose voor de textielindustrie in 1911. Dr. Hartogs richtte in hetzelfde jaar in Arnhem de N.V. Nederlandsche Kunstzijdefabriek op. In 1913 werden de eerste garens vervaardigd. Vanwege de concurrentie moest het bedrijf uitbreiden. In 1919 begon de bouw van de fabriek in Ede en in 1922 was dit filiaal volledig in bedrijf. De ENKA zorgde voor massale werkgelegenheid. Halverwege de jaren twintig waren hier ruim 3000 meisjes in dienst. Voor de arbeiders verrees vanaf 1920 in Ede-Zuid het Tuindorp. Het ENKA-bad en het theater De Reehorst werden aangelegd voor de ontspanning van het personeel.
In de jaren twintig veranderde de mode ingrijpend. Het oude ideaal van de volwassen vrouw met rondingen werd ingewisseld door de androgyne look van een jong meisje met een kort kapsel, een verlaagde taillelijn en een korte rok.
Het Amerikaanse chemiebedrijf DuPont is verantwoordelijk voor de uitvinding van nylon, een volledig synthetische vezel. Het patent dateert uit 1935, maar nylon werd pas bekend dankzij de lancering van de nylonkousen in 1939. Dit kledingstuk veroorzaakte een ware rage. Nylon bleek tijdens de Tweede Wereldoorlog ook uitermate geschikt te zijn voor de militaire parachutes.
Tijdens de luchtlanding op de Ginkelse Heide bij Ede in september 1944 lieten Britse soldaten hun parachutes achter. Aan het einde van de oorlog heerste een grote textielschaarste. Handige vrouwen wisten de parachutes om te toveren tot bijvoorbeeld een mooie bruidsjapon.
Na de oorlog werden ook andere synthetische vezels vervaardigd. De onderlinge concurrentie was groot in die tijd. ENKA richtte zich ook op de productie van nieuwe stoffen. De productie van Enkalon, een nylongaren, begon in 1952. Enkalon werd gebruikt voor luxueuze lingerie. Deze stof was wasbaar, behaaglijk en sterk. In 1955 begon de vervaardiging van Terlenka. Terlenka was ook plooihoudend en kreukherstellend.
Door de jaren heen is dankzij fusies de naam van de ENKA meerdere malen gewijzigd. Van AKU N.V. naar AKZO en AKZO-NOBEL. Dit kon de teloorgang van het bedrijf niet stoppen. In 1976 sloot de fabriek in Arnhem en in 2002 ook die in Ede.
Dit is een verhaal uit het eenmalige ENKA-magazine van mei 2022, dat verscheen ter gelegenheid van 100 jaar ENKA Ede. Lees ook de andere verhalen van deze special.
Bronnen en verder lezen:
Auteur: Dirk Jan List, 2022, CC-BY-SA