Onderduiken in Culemborg - Ridderstraat 29 bis

Getuigen van de Oorlog

In het boek 'Schuilen - onderduik in Culemborg '40-'45' staan talloze verhalen over de manier waarop Culemborgers onderdak boden aan vervolgde medeburgers. Joden, piloten, studenten, verzetsmensen en jongemannen die voor dwangarbeid naar Duitsland moesten, allen zochten een veilig heenkomen.

Ridderstraat 29 bis, nu: Kleine Kerkstraat 14

In geval van nood is er op dit adres achter een schilderij een verstopplek. De toegang bevindt zich in de gang boven de deur naar de woonkamer. Daar hangt een groot schilderij waarachter een ruimte is om zich te verbergen. Die schuilplek bevindt zich bij juffrouw Kap, de directrice van de Culemborgse Algemene Huishoudschool.  Ze woont aan de Ridderstraat 29 bis. Na de oorlog is dit adres veranderd in Kleine Kerkstraat 14. Juffrouw Wilhelmina Kap komt uit Den Haag en is een zeer bijzondere dame. Haar huis heeft wel wat weg van een 19e-eeuws herenhuis. Er hangen bruine velours gordijnen en de wanden zijn bedekt met schilderijen en foto’s. Ze is een groot aanhanger van het koninklijk huis.

Van Spier duikt onder bij Kap

Als het net zich meer en meer rond de Joden sluit, neemt ze de familie Van Spier in huis. Marcus van Spier heeft een slagerij in de Zandstraat. Samen met zijn vrouw Mietje en dochter Sien duikt hij bij juffrouw Kap onder. 

De bovenwoning is boven een kantoor van de Nederlandsche Bank. Overdag mag er absoluut geen lawaai gemaakt worden. De WC doortrekken zal argwaan wekken. Daarom kan dat alleen voor en na sluitingstijd van de bank als er geen personeel aanwezig is.

Joodse onderduiker ontsnapt aan een Duitse soldaat

Behalve de slagersfamilie zit er een uit Duitsland gevluchte Joodse vrouw, M.S. Emanuel-Löbschen. Op 9 april 1943 komt zij na een angstige wandeling met juffrouw Kap in huis. Na spertijd lopen ze in het donker over straat. Een Duitse soldaat komt hen tegemoet. Ze drukken zich tegen een muur in de Slotstraat en gelukkig merkt de soldaat hen niet op. Mevrouw Emanuel heeft op haar oude adres een zogenaamd zelfmoordbriefje achtergelaten in een poging haar vervolgers op een dwaalspoor te zetten.

Meer angstige momenten

Er volgen meer angstige momenten. Op een zondag is er plotseling een huiszoeking. De onderduikers vluchten binnendoor naar de bank beneden. Juffrouw Kap staat de Duitsers te woord. Op last van de dijkgraaf en tevens bankdirecteur Van Hoytema, mag ze hen niet in de bank laten, zegt ze, want die is gesloten. Dat maakt indruk. Daarop druipen de Duitsers af.

Op een ander moment bij een huiszoeking staan de soldaten voor een kamer die op slot zit. Juffrouw Kap hangt een verhaal op dat de werkster de sleutel per ongeluk heeft meegenomen. Ze komt ermee weg. Een achtergebleven soldaat ontdekt echter Mietje van Spier. Ze moet haar persoonsbewijs laten zien. Daarin staat een grote J. De soldaat denkt even na en laat haar dan gaan. Later vertelt juffrouw Kap dat ze denkt dat 'hij zijn stille medewerking verleende in het besef dat de oorlog voor zijn land toch verloren was'.

Dit verhaal is (in aangepaste vorm) afkomstig uit het boek Schuilen - onderduik in Culemborg ’40-’45 (verkrijgbaar via het Elisabeth Weeshuis Museum en het Genootschap A.W.K Voet van Oudheusden). Het boek is gemaakt naar aanleiding van de tentoonstelling die in het Elisabeth Weeshuis Museum te zien was. Het is ingestuurd door Roland van den Bergh voor 'WO2-verhaal Gezocht'. Lees de overige ingestuurde en geplaatste verhalen in de special Getuigen van de Oorlog.


Rechten

Elisabeth Weeshuis Museum, Genootschap A.W.K. Voet van Oudheusden, Roland van den Bergh

Relevante links

Verwante collectiestukken

Ga naar CollectieGelderland

Verwante verhalen

Lees meer

Contactgegevens

Erfgoed Gelderland
Team mijnGelderland
Westervoortsedijk 67-D
6827 AT Arnhem

info@mijngelderland.nl

Inschrijven nieuwsbrief

mijnGelderland Sociale media

erfgoed gelderland

Contactgegevens

Erfgoed Gelderland
Team mijnGelderland
Westervoortsedijk 67-D
6827 AT Arnhem

E info@mijngelderland.nl