Dat waren andere tijden

Toen ik vijftien was moest er verdiend worden

Mevrouw Riek van Essen is op 10 maart 1932 geboren in een eenvoudig huisje in Nijkerkerveen. ‘Hendrika is mijn meisjesnaam, maar ze noemden me altijd Riek. Mijn moeder heette zo, mijn opoe heette zo. Dat was zo. En mijn opoe waar ik dan naar heette, die had ook nog zo’n Veluwse muts op. Ach ja, dat waren andere tijden.’

Geen radio

'We kwamen eigenlijk nooit van huis. Mijn vader en moeder hadden een fiets. Die mensen waren druk met van alles en nog wat. Toen was het leven heel anders. Niet te begrijpen voor een ander. We hadden het gezellig hoor. We hadden ook geen radio. Helemaal niks, maar je speelde met elkaar en met de buurkinderen. En opa was in de buurt. Daar gingen we appels halen, als er appels waren.

Moeder deed het gezin

Vader werkte op een bierbrouwerij (Phoenix) in Amersfoort. Maar dat bestaat niet meer. En moeder deed het gezin. Ja, daar was ze meer als druk mee. Er werd geboend en gewrongen met de hand en dat was heel ingewikkeld. Dat ging door het chloor, door de blauwsel en weet ik wat allemaal. Mijn moeder boende de was met de borstel. Dat vond ik leuk en ik wou het ook wel eens doen, maar ik was het zo zat hoor. Er was een groot fornuis, daar zat de was in. Dan kookte ze dat zo. Met een groot gezin moest je grote bakken aardappels schillen. Je had een grote tuin en alles moest onderhouden worden. Ja, het leven was zwaarder zo, maar in enkele dingen was het toch gezelliger als nu. Dat vind ik hoor. We hielpen elkaar meer.

Bakker Montfrans

Toen ik vijftien was moest er verdiend worden. Ik ben in betrekking gegaan bij een bakker in Nijkerk. Daar ben ik negen jaar, bij dag en nacht geweest. Je zei niet mevrouw, maar juffrouw. Dat was toen nog. Een mevrouw, dat was de vrouw van de dokter en van de burgemeester, maar niet van de bakker. Zo ging dat. Ik heb daar alles geleerd. Tot naaien en handwerken en dat was ze niet verplicht. Dat vond ze wel leuk. Daar heb ik het heel goed gehad. In de bakkerij waren een stuk of vijf knechten en een winkelmeisje. Je moest wel aanpakken. Lappen en schrobben. Alles schoonmaken en er was zo’n kelder, die moest je witten. Het leven was zo. Ik vond dat niet erg. Je beleefde van alles. Als de knechten in de bakkerij weer wat hadden gehoord, dan moest iedereen dat weten. Soms was er wel eens een knecht ziek en was het druk in de bakkerij. Dan vroegen ze om even koekjes te pakken en krakelingen. Die kruimels waren zo lekker, want je kreeg niet zo veel van dat. Dat was toch heel, heel leuk. En tegen sinterklaas en kersttijd, dan rook het er zo lekker. Dan werd er een mooie kersttaart gebakken, die in de etalage werd gezet en dat had wel iets. Het was daar eigenlijk heel gezellig.

Thuis

We gingen een keer op visite bij een oom, die woonde in Zwartebroek, op een zondag. Mijn nichtje werkte bij mijn man thuis in de huishouding. Dus die zei, zondag dan krijg ik een paar nichtjes op visite. Nou, dat knoopten ze in hun oren en zo is het gekomen. Zo hebben we elkaar ontmoet. Maar ik woonde in Nijkerkerveen, hij in Zwartebroek. Hij had dit huis in Putten gekocht van een vrouw, die had nog haar Veluwse muts op, zo’n witte. Toen zijn we hier in 1956 terecht gekomen. We kwamen hier beiden niet vandaan. Maar ik ben hier altijd heel thuis geweest hoor.

DAF

Toen we hier kwamen hadden we nog geen rijbewijs. Dus we moesten fietsen en zo. Maar later we allebei leren autorijden en dat heb ik toch nog vijfenvijftig jaar kunnen doen, dus ik heb er plezier van gehad. In het begin hadden we een DAF. Dat was een auto, daarin hoefde je alleen maar gas te geven, dus er zat geen versnelling in. Wij hadden er veel plezier van.

Aan de bak

Mijn man was boer, dus toen mocht ik aan de bak. Koeien melken, allemaal hokken met kippen. Kippen vond ik wel leuk, maar het koeien melken dat viel me wel een beetje tegen. Maar ik heb het wel gedaan hoor. En ik had een bijzonder goede man. Dat hoor je ook nog wel eens anders. Maar die is er al drieëntwintig jaar niet meer, dat is al lang. Toen was het leven wat er voor je voeten kwam, dat nam je maar. Het was niet kiezen, het was gewoon doen. Maar ik kan niet zeggen, dat ik het zo voelde hoor. Het was goed. Het was heel goed.'

Voor Verhaal van Putten vertellen (oud)-inwoners over opgroeien, werken en wonen in Putten. Dit verhaal over Riek van Essen is geschreven door Marja Zandberg, op basis van een oral history-interview, afgenomen door Lian van der Zon in december 2018. Lees ook het interview waarin Riek van Essen over haar jeugd vertelt.


Rechten

Marja Zandberg/Erfgoed Gelderland, CC-BY-NC

  • Putten vertelt

  • Personen

  • 1950-2000

  • Putten

  • Veluwe

Relevante links

Verwante verhalen

Lees meer

Contactgegevens

Erfgoed Gelderland
Team mijnGelderland
Westervoortsedijk 67-D
6827 AT Arnhem

info@mijngelderland.nl

Inschrijven nieuwsbrief

mijnGelderland Sociale media

erfgoed gelderland

Contactgegevens

Erfgoed Gelderland
Team mijnGelderland
Westervoortsedijk 67-D
6827 AT Arnhem

E info@mijngelderland.nl