Het verschijnsel ‘popband’ is ontstaan in de jaren 60. Met uitzicht op de geschilderde skyline van Tiel* vertelt Harry de Beer (Tiel, 1953) over zijn belevenissen in het Tielse popcircuit.
“Tijdens de militaire dienstplicht heb ik mezelf saxofoon leren spelen. Ik zat in 1975 in Duitsland, in Seedorf, en in het Humanistisch Militair Tehuis stond een goede akoestische piano. Met andere dienstplichtigen heb ik daar veel muziek gemaakt.
Terug uit Seedorf ben ik bij het Tiels Madrigaalkoor gaan zingen, in de muziekschool. Daar hing een advertentie van een bandje voor een saxofonist. We repeteerden in de Thomas van Aquinoschool, in de Jacob Cremerstraat.”
“Sjoerd van der Zee speelde gitaar, Albert Spee drums en Pieter Schoots bas. Ze hadden nog geen naam. Het werd ‘Pyramide’.
We speelden rock-jazz, allemaal eigen instrumentale nummers. Maar de muziek was niet erg toegankelijk. We speelden een keer in Geldermalsen, in een buurthuis. We begonnen met 25 mensen publiek. In de pauze waren er nog 3. ‘Hier heb je het geld, we kunnen het hier wel bij laten.’ zei de beheerder.”
“Later speelden we in het voorprogramma van Sweet d’Buster. In de Agnietenhof. In mijn herinnering bleef het publiek zitten. Er verscheen zelfs een heel positieve recensie in de krant. Met de kop ‘Ademloos concert’. ‘Sterk swingend, knappe improvisaties, vol met humor, goede geluidsafstelling en bekwame performance.’ Maar die recensie was geschreven door de vader van Sjoerd. Op een bepaald moment is de band uitgebreid met Chris Meijerink. Een pianist die in Tiel nog steeds bekend is. Na zo’n twee jaar ben ik er uitgestapt."
"Een half jaar later, in 1978, hoorde ik Klutz in De Spil, het jongerencentrum aan de Binnenhoek. Klutz speelde eigen nummers in reggae-stijl en ska. Ze hadden een openingsliedje Dan ben ik dus de kluts kwijt. Ali Richter was zangeres, Hans Romijn speelde gitaar, Pieter Schoots bas en Vic Latumahina drums. Het was een geoefend bandje en er kon een blazer bij. Met Vic heb ik niet lang gerepeteerd.”
“Ik woonde in de Weerstraat. Ik had de overbuurjongen van de snackbar wel eens op een straatfestival zien drummen met een schoolbandje. Toen we een nieuwe drummer zochten, dacht ik aan Jan Stavenuiter. Hij voelde zich vereerd. Het ging meteen heel goed. Het was aanwijsbaar dat hij talent had. En hij bracht iets wilds binnen. En frisse ideeën.”
“We repeteerden in De Spil. Vaak schreef Hans de muziek, maar dat deden we ook wel samen: dan had iemand een riffje, en daar kon dat basloopje wel bij. Ali zat in een hoekje teksten te schrijven. Soms kwam ze met een tekst en was er nog geen muziek. Of Ali zei ineens ‘ontaarde dertigers’. En dan had ze een kritische tekst over dertigers. We vonden die heel geestig.”
“Het Muziekcollectief huisde in De Spil. Het stelde oefenruimte beschikbaar en we gebruikten hun versterkers. Dat was fantastisch. Wij wilden optreden. Het Muziekcollectief deed de PR en regelde optredens. Tussen februari 1981 en september 1983 hadden we 40 optredens. Met een busje, ook van het Muziekcollectief, gingen we door het hele land. Amsterdam, Rotterdam, Amersfoort, Delft, Arnhem …”
“‘Hoog Catharijne’ was ons bekendste liedje. Kritisch op het winkelpubliek, dat elkaar anoniem passeert.
Hoog Catharijne
Simpele breinen
Lopen als een gek
Vallen op je bek
Oh Hoog Catharijne
Er was een initiatief van meerdere muziekcollectieven en de VARA voor een LP met meerdere bandjes, ‘De Vrolijke Krisis’. Wij namen Hoog Catharijne en Gewenning op. De VARA maakte een TV-programma. Dat heette ook ‘De Vrolijke Krisis’. Wij speelden daar Hoog Catharijne.”
“Drie keer waren wij het voorprogramma van Doe Maar. Dat was echt spannend. Kleedkamers naast Doe Maar. De deuren stonden gewoon open. Daar stond hij: Henny Vrienten. Maar de jongens van Doe Maar zeiden niks tegen ons. Bij ons optreden op de Doe Maar-fanclubdag vielen ongeveer 30 meisjes flauw. Bij Doe Maar waren dat er 300. In die verhouding moet je het zien. Maar we zijn absoluut niet uitgefloten."
“Onze drummer Jan was zo talentvol, hij snelde ons voorbij en ging naar het conservatorium in Arnhem. Toen zijn we gestopt. Dat was in 1983. Ik was inmiddels naar Amersfoort verhuisd. Daar ging ik in een cover-soulband spelen. Daarmee zijn we nog bij Paul de Leeuw op TV geweest. Nu dirigeer ik een aantal koren, ik geef saxofoonles en ik doe nog gelegenheidsformaties. Zolang ik het leuk vind om te doen.”
*Het schilderij met de skyline van Tiel is van de hand van de Tielse schilder Silvester.
Regionaal Archief Rivierenland, CC-BY-SA
Sprekende Herinneringen
Muziek
1950-2000
Tiel
Archieven
Rivierengebied