IJssellinie Lingewaard

vanaf 1950

In het begin van de jaren 50 werken inwoners van Bemmel en omgeving aan de bouw van een gigantisch drijvende stuw, die bij de steenfabriek in de Bemmelse polder in een speciaal daarvoor aangelegde haven ligt.

Na de bouw wordt nog een jaar of tien aan het onderhoud gewerkt en vervolgens wordt de stuw midden jaren zestig, door veelal dezelfde werknemers, gesloopt. Niemand begrijpt het nut van bouw, onderhoud en sloop en niemand begrijpt de strenge geheimhouding rond dit project. Iedereen vraagt zich af waar deze stuw voor dient.

Nederland besloot in het diepste geheim de IJssellinie op te zetten. Door het gebied tussen Nijmegen en Zwolle onder water te zetten en de Afsluitdijk te verdedigen, zou de provincie Noord-Holland gespaard blijven. Er werden drijvende stuwen gebouwd die afgezonken moesten worden in Rijn, Waal en IJssel waardoor het gebied tussen Nijmegen en Zwolle onder water zou komen te staan. Door de mooie horizontale ligging precies tussen twee bochten in de rivier was Bemmel een uitgelezen locatie om de Waalstuw te bouwen. Deze bestond uit twee pontonsecties van 7,25 meter en 24 van 9 meter en had dus een totale lengte van 230,50 meter en was daarmee de grootste van de drie. Het hele terrein bestond uit een zwaar verdedigde stelling met tankkazematten. In 1961 werd de IJssellinie opgeruimd omdat die overbodig was geworden.

Dit verhaal is onderdeel van de canon van Lingewaard. Bekijk hier het volgende venster.