De oudste molen van Nederland

De Torenmolens van Gelderland

In Nederland staan ruim 1100 molens. Negentig procent daarvan heeft de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) aangewezen als rijksmonument bij de totstandkoming van de Monumentenwet in de jaren zestig. Vier hiervan zijn de zogenaamde Torenmolens. Dit is een van de oudste molensoorten van Nederland. Drie kun je er vinden in de provincie Gelderland.

Wat is een Torenmolen

De torenmolen heeft een cilindrische stenen romp, waarop een houten kap van binnenuit aangestuurd kan ronddraaien. Er zijn in Nederland nog slechts vier torenmolens bewaard gebleven. De vorm van deze molens gaat terug op het molentype van de landen rond de Middellandse Zee. Deze torenmolens werden vanaf de tweede helft van de veertiende eeuw in Nederland gebouwd. De bouw van deze soort molens stagneerde uiteindelijk vanwege twee praktische problemen. Zo is het lastig om de molen te verkruien (op de wind te zetten). De belemmering was het enorme gewicht van de stenen molens waardoor er een zeer stevige fundering noodzakelijk was met hoge bouwkosten als gevolg.

Het bezit van een torenmolen

Vanwege de hoge bouwkosten konden alleen de plaatselijke adel of het kerkelijk gezag zich deze bouw veroorloven. Een andere belangrijke reden was 'het recht van de wind' als heerlijk recht van een landheer of adelijk grondbezitter. Hiermee verkreeg de moleneigenaar het recht op vrije windtoevoer. Voor het optimaliseren van de windtoevoer werden deze molens vaak op een natuurlijke of kunstmatige opgeworpen heuvel gebouwd, de zogenaamde molenbelt. Vaak is in de heuvel aan twee zijde een doorgang, zogenaamde invaart, gemetseld waardoor de wagens voor laden en lossen de molen binnen kunnen rijden. Meestal werden de boeren uit de omgeving verplicht tegen betaling het graan in de molen te malen. In 1795 verviel het heerlijke recht. Hiermee werd het ook mogelijk voor niet adellijken om een molen in hun bezit te krijgen. Met het wegvallen van de economische functie van molens in de twintigste eeuw verloor de molenbiotoop ook zijn economische basis. De vrije windvang kwam door stadsuitbreidingen en een andere inrichting van het landschap steeds vaker onder druk te staan.

De grafelijke torenmolen te Zeddam

De oudste nog bestaande windmolen is de Grafelijke Korenmolen te Zeddam. Naar alle waarschijnlijkheid is de molen voor 1441 gebouwd blijkens jaarringenonderzoek. Tot in de twintigste eeuw behoorde de molen toe aan de heren en graven van kasteel Huis Bergh. In 1929 is de molen ondergebracht bij een stichting. Zij is in 1963, 1974,1991, 2005 en 2017 gerestaureerd. De molen heeft nog steeds de dikke middeleeuwse muurconstructie. Zij staat op een molenbelt met een invaart. Deze molen heeft twee kruiwerken die links en rechts van de voeghouten tussen de roosterhouten zitten. Ze moeten hierdoor door twee man tegelijkertijd bediend worden. Er wordt nog steeds door vrijwilligers graan gemalen.

De Zwaan te Lienden

Deze korenmolen is gebouwd in 1644 en behoorde tot de halve heerlijkheid Lienden in het bezit van de graven van Culemborg. De molen staat op een molenbelt van 2,80 meter. Tot 1810 is de molen bij deze adelijke eigenaren in bezit gebleven Zij is in 1879 in het bezit gekomen van de familie Van Harn. Qua constructie is dit een zeer opvallende molen. Het lijkt een overgangstype tussen de klassieke torenmolen en de latere ronde stenen bovenkruiers. Twee keer heeft er een grote restauratie plaatsgevonden namelijk in 1976 na een grote schade door een storm en in 1990 doordat de molen naar het westen was scheefgezakt. Ook bij deze molen wordt nog steeds graan gemalen door vrijwilligers.

De Buitenmolen te Zevenaar

De oudste vermelding van een molen op dezelfde plaats is van 1408. Hoogst waarschijnlijk gaat het hier niet om een Torenmolen. Het metselwerk van deze torenmolen zou stammen uit circa 1500. Destijds werd gesproken van de Hertogelijke Wind en Rosmolen buiten Zevenaar. De molen bevond zich in het hertogdom Kleef, later hertogdom Pruisen en toen in hertogdom Bergh. Vanaf juni 1819 werd het goed onderdeel van het Koninkrijk der Nederlanden. Tot 1866 bleef het in het bezit van de landsheer en toen verkocht aan de pachter Jac. Van Grinten. Zijn erfgenamen verkochten de molen in 1879 aan de molenaarsknecht Johannes Gerritsen. Na november 1928 kwam de molen buiten werking. In 1966 kocht de Gemeente Zevenaar de molen en werd de molen gereconstrueerd. De molen heeft twee kruiwerken. Ook bij deze molen zijn vrijwilligers betrokken.

Bronnen:


Rechten

Olga Spekman, CC-BY

  • Landschap

  • Streekgeschiedenis

  • Werk

  • Landbouw

  • 1800-1900

  • Montferland

  • Zevenaar

  • Buren

Relevante links

Verwante verhalen

Lees meer

Contactgegevens

Erfgoed Gelderland
Team mijnGelderland
Westervoortsedijk 67-D
6827 AT Arnhem

info@mijngelderland.nl

Inschrijven nieuwsbrief

mijnGelderland Sociale media

erfgoed gelderland

Contactgegevens

Erfgoed Gelderland
Team mijnGelderland
Westervoortsedijk 67-D
6827 AT Arnhem

E info@mijngelderland.nl