De bietsuikerfabriek te Geldermalsen (1866-1919)

Ondernemerschap, werkgelegenheid en landbouwindustriële ontwikkeling in het Gelders Rivierengebied

Op 15 mei 1866 werd te Geldermalsen de NV Neder-Betuwsche Beetwortelsuikerfabriek (NBB) opgericht. De elfde bietsuikerfabriek in Nederland. De initiatiefnemers en investeerders van de NBB kwamen uit de kringen van Amsterdamse industriëlen en handelaren en lokale kapitaalbezitters. Hoewel ruwsuiker het hoofdproduct vormde voor de NBB, werden de bedrijfsresultaten niet uitsluitend bepaald door de verkoop hiervan aan de raffinaderijen. Belangrijke inkomsten werden verkregen uit de verkoop van pulp en melasse, restproducten van het suikerfabricageproces.

Geldermalsen was als vestigingsplaats gekozen omdat de Betuwse rivierkleigronden geschikt waren voor de suikerbietenteelt. De NBB betrok haar grondstoffen overwegend uit de zogenaamde 'Lingestreken'. De ligging van Geldermalsen aan de rivier de Linge maakte namelijk aan- en afvoer te water van suikerbieten en ruwsuiker mogelijk. Bovendien had Geldermalsen een spoorwegstation. De grote veestapel in het gebied maakte afzet van de suikerrijke pulp als veevoeder mogelijk, terwijl het restafval als mest kon dienen. Het zoetwater van de Linge kon worden gebruikt voor het suikerproductieproces.

Bedrijfsvoering

De leiding van de NBB was in handen van C.M.F van Rossum en W. van Bevervoorde. De directiewerkzaamheden bestonden uit het pachten van land, het contracteren tot levering van suikerbieten en de verkoop van het fabricaat (ruwe bietsuiker, pulp en melasse). De beleidsvoering was voorbehouden aan de directie en een raad van commissarissen, waarbij de laatste - naast een controlerende functie - zorg droeg voor de vereiste specialistische kennis. De samenwerking van beide directeuren heeft tot het overlijden van C.M.F. van Rossum in 1899 voortgeduurd waarna L.L. van Rossum zijn vader opvolgde. Na het aftreden van W. van Bevervoorde in 1900 stond hij alleen aan het roer van de NBB. Naast de directie en vele tientallen seizoenarbeiders afkomstig uit het Gelders Rivierengebied had de NBB administratief en technisch personeel in vaste dienst en agenten (vertegenwoordigers) die op provisiebasis werkten. Het technisch personeel van de fabriek bestond uit een machinist, een suikerkoker en een laborant.

Overname en sluiting

In 1916 bestond de NBB 50 jaar als zelfstandige particuliere bietsuikerfabriek. De oorlogssituatie noodzaakte de NBB tot samenwerking met andere fabrieken teneinde de productiekosten te verlagen. In 1919 werd de NBB door de Centrale Suiker Maatschappij (CSM) overgenomen. De NBB heeft in de ruim halve eeuw van haar zelfstandig bestaan een gecumuleerde winst van ruim 2,8 miljoen gulden behaald. Hiervan werd 35% geherinvesteerd in het bedrijf (met name in onderhoud en vervanging van de dure machine-installatie) en 65% door middel van aandeelhoudersdividend en winstuitkeringen aan de directie uitgekeerd. De fabriek heeft gedraaid tot en met de campagne 1935/36 en is daarna buiten bedrijf gesteld. Het kantoor en het laboratorium zijn tot na de Tweede Wereldoorlog in gebruik gebleven. In 1952 en 1953 werden de machines naar vestigingen van de CSM overgebracht of verkocht aan andere bedrijven. Het fabriekscomplex werd in 1972/73 gesloopt.

Dit is de synopsis van het artikel over de suikerfabriek te Geldermalsen in 2012 gepubliceerd in de Bijdragen en Mededelingen Gelre 2012. Historisch Jaarboek voor Gelderland Deel CIII.


Rechten

A. Claver

  • Streekgeschiedenis

  • Industrie

  • 1800-1900

  • West Betuwe

  • Landschap

  • Rivierengebied

Verwante verhalen

Lees meer

Contactgegevens

Erfgoed Gelderland
Team mijnGelderland
Westervoortsedijk 67-D
6827 AT Arnhem

info@mijngelderland.nl

Inschrijven nieuwsbrief

mijnGelderland Sociale media

erfgoed gelderland

Contactgegevens

Erfgoed Gelderland
Team mijnGelderland
Westervoortsedijk 67-D
6827 AT Arnhem

E info@mijngelderland.nl