De moeder-overste van de Zusters van Liefde in Tilburg loopt in de kloostergang heen en weer. In haar hand een brief van een pastoor, die om hulp vraagt. De zoveelste! De brief is van de Groesbeekse pastoor Kersten. Die maakt zich zorgen over de jeugd. Een groot deel van de bevolking is straatarm. Vooral jonge meisjes lopen gevaar bij het verkopen van bezems. Ze krijgen geen onderwijs en zijn vaak ver van huis. Er moet iets gebeuren.
In 1852 besluit moeder-overste enkele zusters naar Groesbeek te sturen om onderwijs aan meisjes te geven. De zusters gaan in een klooster wonen dat in juni 1855 klaar is. Een jaar later krijgen al honderddertig meisjes onderwijs en komt er een 'bewaarschool' voor kleuters. Twintig jaar later komen er ook Duitse zusters naar Groesbeek. Ze mogen niet langer in Duitsland werken. Kloosterorden worden daar verboden. Het hotel 'Bellevue' verbouwen ze tot klooster-pensionaat 'Mariënthal'.
Vanaf die tijd spreken de Groesbekers over het 'Hollands' en het 'Duits' klooster. Ook deze zusters geven onderwijs en verzorgen zieken en bejaarden. Tot de oorlog zitten op de kostschool alleen Duitse meisjes. Na de oorlog alleen Nederlandse.
Groesbeekse meisjes kunnen er naar de middelbare school. Ook op andere plekken in de gemeente bouwen paters, broeders en zusters kloosters. Iedere kloosterorde heeft een eigen gebouw. Na 1965 komen er minder kloosterlingen. In 2008 verlaten de laatste zusters Groesbeek. De kloosters bouwt men om tot appartementen en verzorgingshuizen.
Dit is een venster uit de Canon van Groesbeek. Klik hier om het volgende venster te lezen.
Bronnen en verder lezen:
Vereniging Heemkundekring Groesbeek, CC-BY-NC
Groesbeek
Geloof
1800-1900
Berg en Dal
Rijk van Nijmegen