In 1817 werd Arnhem officieel de hoofdstad van Gelderland in het nieuwe Verenigd Koninkrijk der Nederlanden. Een al bijna driehonderd jaar bestaande traditie werd daarmee bevestigd. Dat gold ook voor de rechtspraak. In 1827 werd in de wet vastgelegd dat het provinciale gerechtshof in Arnhem zou blijven zetelen. Ook de lagere kanton- en arrondissementsrechtbank zou in de stad haar taken uitoefenen.
De oude en vervallen Prinsenhof was in 1804 al ingeruild voor een nieuw Gouvernementsgebouw. De uitdijende rechterlijke macht kreeg een onderkomen in het uit 1838 stammende Paleis van Justitie. Na de oorlogsverwoestingen verrezen op en bij de Markt een geheel nieuw Huis der Provincie en een modern rechtbankgebouw.
In de negentiende eeuw ontwikkelde Arnhem zich verder als provinciaal centrum van bestuur en rechtspraak. Daarmee versterkte de stad haar karakter van ambtenaren- en burgerstad. Dit werd vereeuwigd in het ironische gedicht ‘Liefdesverklaring’ van Jan Greshoff uit 1924 en vijf jaar later gepubliceerd in een van zijn dichtbundel:
“Ik houd zo van die donkre burgerheren
Die langzaam wandlen over ’t Velperplein
In deze koele winterzonneschijn:
De dominee de dokter, de notaris
En t klerkje dat vandaag wat vroeger klaar is.
Maar ’t kan verkeren.”
In 1917 bleek sloop van het negentiende-eeuwse gouvernementsgebouw onvermijdelijk. Zeven jaar later opende de minister het nieuwe provinciehuis, een neorenaissancegebouw, waar de toekomstige generaties nog lang van zouden moeten kunnen genieten. Het mocht niet zo zijn. In de septemberdagen van 1944 lag het provinciehuis midden in de frontlinie. Met desastreuze gevolgen. Geen herbouw, maar een nieuw onderkomen werd na de oorlog het doel. Het zuidelijke gedeelte van de binnenstad en dan met name de Markt veranderde enorm. Gezichtsbepalend werd het Huis der Provincie dat op 11 september 1954 onder grote belangstelling door koningin Juliana werd geopend. De bewogen geschiedenis werd vereeuwigd in de poortwanden met de tekst ‘door aards geweld terneergebracht, wat God herstelt, heeft groter kracht’. De combinatie van kunst en architectuur maakte dit Huis geen veredeld kantoor- en vergadergebouw, maar een marmeren paleis van Scandinavische schoonheid. Anderen spraken liever smalend van een bunker of een transformatorhuis.
Inmiddels is het Huis der Provincie een rijksmonument en werken er rond de 2000 ambtenaren. De provinciale ambtenarij kon niet meer terecht in de bijgebouwde kantoorcomplexen Rijnstate en Marktstate. In 2018 verrees daarom op de plek van het Prinsenhof een nieuw kantoorgebouw. Dit ‘Gelders Huis’ was met loopbruggen en glazen wanden verbonden met het Huis der Provincie.
Aan de westkant van de Markt werd het stadspaleis ‘Huize Anderlecht’, ambtswoning van de Commissaris van de Koningin met tennisbaan, na de verwoestingen van de septemberdagen van 1944 ingeruild voor woningen en winkels voor groente- en fruithandelaren. De levendige weekmarkt verdween midden jaren zestig naar het Kerkplein om in 2016 weer terug te keren naar de Markt. Met het Huis der Provincie, het Paleis van Justitie, het Openbaar Ministerie en het in 1968 geopende stadhuis is dit stukje Arnhem nog steeds het politiek-bestuurlijk en juridisch centrum van de stad en de provincie.
De Arnhemse stadsarchitect Anthonie van Aytink van Falckenstein ontwierp in 1838 voor de rechtbank een neoclassicistisch gebouw met twee vooruitspringende zijgevels. Het gebouw werd vrijwel totaal verwoest tijdens de Slag om Arnhem. Eén van de afgebroken ingangszuilen, de meest rechtse, werd het Airbornemonument. Op de afbeelding mist de Walburgiskerk op de achtergrond haar linkertoren. Die was op 8 november 1854 ingestort bij slecht uitgevoerd restauratiewerk.
Naast het Huis van Bewaring bij de Markt beschikte Arnhem vanaf 1886 over een strafgevangenis. De Koepelgevangenis, officieel de Penitentiaire inrichting De Berg, was net als de gevangenissen in Breda en Haarlem gebouwd volgens het panoptische principe: cellen zijn aangebracht langs de buitenwand van een koepelvormige hal. In 2015 verruilde het zijn functie als gevangenis in die van vluchtelingenopvang. Vervolgens werden tal van plannen ontwikkeld om het gebouw een nieuwe functie te geven. In 1991 kwam er in Arnhem-Zuid een moderne gevangenis bij, die door haar uiterlijk al snel de ‘Blue Band-Bajes’ werd genoemd.
Dit is een venster uit de Canon van Arnhem
Vorige vensterVolgende venster
Jan de Vries, CC-BY-NC